Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
verkoper, handelaar (Fr. marchand); vaak als tweede lid in samenstellingen: voddenmarsjang, oudijzermarsjang, kolenmarsjang
Haal eens gauw ’n bokal opgelegde haringen bij de vismarsjang, mijne jong, gij hebt nog jong benekes onder!
motregen
Da’s al de hele dag dat er van die fijne fiemel afvalt, ene mens heef toch geen goesting meer om ene voet buiten te zetten. Ik krijg er errem zin van!
driemaandelijks
Verder gelden nog als principes dat de trimestriële aangifte uitsluitend op elektronische wijze aan de RSZ kan worden overgemaakt en dat er in principe slechts één aangifte per werkgever mag worden ingestuurd. (sic)
het geeft niet, het maakt niet uit
Nee, het let niet dat ge morgen niet kunt komen, we spreken volgende week wel een nieuwe datum af.
Wat let het dat al die nieuwe migrant workers een onderklasse `a la Dickens` gaan vormen in de steden, en labeuren tegen hongerlonen.
adviseur van een minister, ministerieel afgevaardigde, cabinetsmedewerker
Een speciale attaché van de minister van Binnenlandse Zaken zakte af naar Haacht om er een inwoner in te schrijven.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.