Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De beschrijving van deze term werd 4 keer aangepast.
De zogenaamde ‘moderne wiskunde’ is een soort wiskunde die in de jaren 70, 80 en 90 in Vlaamse humaniora’s onderricht werd. Ze was vooral gebaseerd op fundamentele verzamelingenleer en eigenschappen van velden in stede van op algebraïsche rekenkunde.
Dat “structuur” (verzamelingen, relaties, groepen, vectorruimten, topologie met “open” en “gesloten” verzamelingen, enz.) hier meer op het voorplan kwam dan botweg rekenen, was gebaseerd op de fundamentele inzichten die de wiskundigen in de 2e helft van de 19e eeuw en het begin van de 20e eeuw ontwikkeld hadden. (Ruwweg de periode van Georg Cantor tot David Hilbert.) In die zin was deze benadering van wiskunde niet eens echt “modern”.
In het onderwijs maakte “moderne wiskunde” opgang onder impuls van de wiskundige Georges Papy en zijn Centre Belge de Pédagogie de la Mathématique (opgericht in 1959).
Dit soort wiskunde schijnt echter heden ten dage weer ‘afgeschaft’ te zijn, in volgende zin: sinds de jaren ’90 stuurt het beleid het onderwijs in een toenemend utilitaristische richting, met nadruk op het verwerven van zogenaamde “vaardigheden”; specifiek voor het wiskunde-onderwijs verschoof de nadruk terug naar vraagstukken en rekenen, ten nadele van abstractie en structuur. (Hoewel deze inzichten ook nuttig waren, bv. met het oog op software-ontwikkeling, analyseren van business processen enz.)
De wiskunde als wetenschap zelf, is door deze verschillen in pedagogische aanpak uiteraard niet veranderd, en berust fundamenteel op verzamelingen en structuren.
zie ook veld, lichaam, eindig veld, velduitbreiding
In het vak wiskunde leerden wij, aan het eind van de lagere school en de eerste twee jaren humaniora, hoofdzakelijk over commutatieve eigenschappen, associatieve eigenschappen, distributieve eigenschappen van elementen van verzamelingen enzovoorts. Dat werd allemaal met mooie Venn-diagrammen van elkaar doorsnijdende cirkels getoond. Dat stond bekend als moderne wiskunde, en dat was ook helemaal niet zo moeilijk.
De zogenaamde ‘moderne wiskunde’ is een soort wiskunde die in de jaren 70, 80 en 90 in Vlaamse humaniora’s onderricht werd. Ze was vooral gebaseerd op fundamentele verzamelingenleer en eigenschappen van velden in stede van op algebraïsche rekenkunde.
Dat “structuur” (verzamelingen, relaties, groepen, vectorruimten, topologie met “open” en “gesloten” verzamelingen, enz.) hier meer op het voorplan kwam dan botweg rekenen, was gebaseerd op de fundamentele inzichten die de wiskundigen in de 2e helft van de 19e eeuw en het begin van de 20e eeuw ontwikkeld hadden. (Ruwweg de periode van Georg Cantor tot David Hilbert.) In die zin was deze benadering van wiskunde niet eens echt “modern”.
In het onderwijs maakte “moderne wiskunde” opgang onder impuls van de wiskundige Georges Papy en zijn Centre Belge de Pédagogie de la Mathématique (opgericht in 1959).
Dit soort wiskunde schijnt echter heden ten dage weer ‘afgeschaft’ te zijn, in volgende zin: sinds de jaren ’90 stuurt het beleid het onderwijs in een toenemend utilitaristische richting, met nadruk op het verwerven van zogenaamde “vaardigheden”; specifiek voor het wiskunde-onderwijs verschoof de nadruk terug naar vraagstukken en rekenen, ten nadele van abstractie en structuur. (Hoewel deze inzichten ook nuttig waren, bv. met het oog op software-ontwikkeling, analyseren van business processen enz.)
De wiskunde als wetenschap zelf, is door deze verschillen in pedagogische aanpak uiteraard niet veranderd, en berust fundamenteel op verzamelingen en structuren.
In het vak wiskunde leerden wij, aan het eind van de lagere school en de eerste twee jaren humaniora, hoofdzakelijk over commutatieve eigenschappen, associatieve eigenschappen, distributieve eigenschappen van elementen van verzamelingen enzovoorts. Dat werd allemaal met mooie Venn-diagrammen van elkaar doorsnijdende cirkels getoond. Dat stond bekend als moderne wiskunde, en dat was ook helemaal niet zo moeilijk.
De zogenaamde ‘moderne wiskunde’ is een soort wiskunde die in de jaren 70, 80 en 90 in Vlaamse humaniora’s onderricht werd. Ze was vooral gebaseerd op fundamentele verzamelingenleer en eigenschappen van velden in stede van op algebraïsche rekenkunde. Dit soort wiskunde schijnt echter heden ten dage weer ‘afgeschaft’ te zijn.
In het vak wiskunde leerden wij, aan het eind van de lagere school en de eerste twee jaren humaniora, hoofdzakelijk over commutatieve eigenschappen, associatieve eigenschappen, distributieve eigenschappen van elementen van verzamelingen enzovoorts. Dat werd allemaal met mooie Venn-diagrammen van elkaar doorsnijdende cirkels getoond. Dat stond bekend als moderne wiskunde, en dat was ook helemaal niet zo moeilijk.
De zogenaamde ‘moderne wiskunde’ is een soort wiskunde die in de jaren 80 en 90 in Vlaamse humaniora’s onderricht werd. Ze was vooral gebaseerd op fundamentele verzamelingenleer en eigenschappen van velden in stede van op algebraïsche rekenkunde. Dit soort wiskunde schijnt echter heden ten dage weer ‘afgeschaft’ te zijn.
In het vak wiskunde leerden wij, aan het eind van de lagere school en de eerste twee jaren humaniora, hoofdzakelijk over commutatieve eigenschappen, associatieve eigenschappen, distributieve eigenschappen van elementen van verzamelingen enzovoorts. Dat werd allemaal met mooie Venn-diagrammen van elkaar doorsnijdende cirkels getoond. Dat stond bekend als moderne wiskunde, en dat was ook helemaal niet zo moeilijk.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.