grippezeeker

grippezeeker

(de ~ (v.),~s)

meisje, piskous

< greppe (in sommige dialecten synoniem van vrouwelijk schaamdeel) + zeiker

386

Met grippezeker wordt een meisje aangeduid. Ok. Maar wat betekent grippezeker? Samengesteld woord uit grippe en zeker. Onder zeker begrijp ik het Antwerpse ‘zeiker’ (pisser), wat is grippe?

ik zou ‘grippe’ met greppel, Fries groppe “gracht” verbinden, en dan op de schede duidend? plassend uit een gleufje (en ni uit een buiske)

grippe < gruppe

ik vind deze vorm in mijne grote vandale:

grup (geen afbreking)
de; -pen
1
zie grep (2)

met ontronding (up > ip) wordt dat dan “grippe”

in ’t antwerps zou zeeker beantwoorden aan zeiker of ziêker (waarvan ’t tweeden het geval is)

maar wa is grep dan?

en grytol, ni t tweede maar t eerste is feitelijk et geval…

grep

oei, ja :P eên en tweê zijn moeilijk uit elkaar t’houden!

grep

grep (geen afbreking)

de; -pen

grondvorm van greppel

eerste editie 1864

1
·
(verouderd) smalle, droge sloot
synoniem: greppel

vergelijk: grebbe

2·
(gewestelijk) open goot of riool langs de straat of in een stal
vormvariant: grup
3·
(gewestelijk) reet, spleet
4·
(gewestelijk) split in een broek

ah dus mijne gok “spleetplasser” was dus just

greppe

Hoi Diederik,

Een greppe dat is in de Westvlaanders : een goot.
De gote is de scheiding tussen voetpad en de straat.