Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    witloof

    Dit is slechts 1 definitie voor "witloof." Bekijk alle definities.

    witloof
    (het ~, geen mv.)

    bittersmakende witte grondgroente, Brussels lof
    NL: witlof

    Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands: witlof

    uitspraak Brussel: witluuf

    Endive p1160063

    zie ook verzamellemma groenten en fruit

    zie ook grondwitloof, witloofdriehoek, de ~

    We eten vanavond hesperollekes met witloof en kaas.

    4 reactie(s)  |  oudere versies
    Toegevoegd door aliekens en laatst gewijzigd door Georges Grootjans (09 Aug 2021 07:03)
    Dit woord was woord van de dag op 16 Aug 2011

    👍
    511

    Reacties

    Onzijdig? Echt? Ik zag daarstraks in Komen Eten iets over witloof ondertiteld worden met “dat witlof” en dacht “amai, dat moet wel nen Hollander geweest zijn die dat dat ondertiteld heeft, ’t is witloof en witloof is niet onzijdig”.

    Ik zou bijvoorbeeld zeggen: “’t eten was lekker, ma die witloof daarbij trok op niks”, dus ik gok dat witloof vrouwelijk is. Voor mij dan toch. Ik ga eens navraag moeten doen.

    Toegevoegd door nthn op 03 Jan 2019 00:59

    Witloof is wel degelijk onzijdig voor mij. Het loof, het gebladerte. Het groene loof van de prei snijdt ge er best eerst vanaf.
    Ik zou zeggen: “’t eten was lekker, mor da witloof daarbij trok op niks”. Anderzijds moet ik zeggen dat “’t eten was lekker, ma die witloof daarbij trok op niks”, niet echt vloekt in mijn oren. Maar in dat geval zou dieje witloof toch mannelijk zijn.

    Toegevoegd door Georges Grootjans op 03 Jan 2019 08:10

    Nogmaals op Komen Eten: een Limburgse zei “gene witloof”, dus mannelijk. Misschien ben ’kik gewoon mis, maar “diene witloof” klinkt mij toch wel raar. Tenzij als scheldwoord of zo.

    Toegevoegd door nthn op 03 Jan 2019 21:02

    Witloof of ‘Brussels lof’ is een 19de-eeuwse creatie. Hoe witloof precies ontstaan is, is niet helemaal zeker. De meest aannemelijke hypothese schrijft de ontdekking toe aan François Breziers, de toenmalige hoofdtuinier van de botanische tuin in Sint-Joost-ten Node. Via veredeling en kruising zou hij rond 1840 het Brusselse witloof zoals we dat nu kennen geteeld hebben.

    Door de groeiende vraag en de snelle verstedelijking moesten de landbouwers gronden buiten Brussel zoeken, zoals in Schaarbeek, Evere en Haren. Uiteindelijk breidde deze erg specifieke teelt zich uit tot het gebied Brussel-Mechelen-Leuven, dat kort nadien de bijnaam “witloofdriehoek” zou krijgen.

    (nieuwsblad.be)

    Toegevoegd door Georges Grootjans op 10 Jul 2021 10:51

    Voeg een reactie toe

    Ingelogde gebruikers kunnen reacties aan deze definitie toevoegen.

    Log in

    Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

    Uw gebruikersnaam
    Uw geheime paswoord

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.