Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door Marcus

    em

    (of hem)
    hij, in bepaalde gevallen: na een werkwoord, na dat, na als = wanneer, na als = indien, niet na als = vergelijking.
    zie hem – em

    t.a.v. de grammatici: laat u eens gaan en geef hier ne convenabele uitleg.

    Hij had pertang beloofd dat em kwam, maar van de namiddag moest em naar Brussel. Als em kan zal em nog binnenspringen.

    ‘Dat is em! Dat is em!’ De legendarische uitroep van Rik De Saedeleer bij een beslissende goal.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door Marcus op 28 Nov 2014 12:09
    14 reactie(s)

    hem - em
    (pers.vnw., derde pers. man. enk.)

    hij – ie
    - bij inversie (als de persoonsvorm van het werkwoord voor het onderwerp staat)
    - als onderwerp in een bijzin, meestal na “dat” en “of”

    de h in het begin van het woord wordt meestal niet uitgesproken, meestal is er ook geen pauze tussen werkwoord en onderwerp /em/

    In de Antwerpse Kempen komt het ook voor dat “hem” gewoon “hij” vervangt als onderwerp in een mededelende zin. Dat wordt echter ervaren als kinderachtig of kinderlijk taalgebruik. Waarschijnlijk is dit laatste ook verouderd.

    Zeker in de Antwerpse Kempen, maar waarschijnlijk ook wel elders.
    zie em

    - Wat heeftem gezegd? Doet hem het of doeth em het nie?
    /Wat heitem gezei? Doetem het of doetem het nie?/
    (Wat heeft-ie gezegd? Doet-ie het of doet-ie het niet?)
    - Hij beweerde dat hem hem niet gezien heeft.
    /A beweirde dattem hem nie gezien hei./
    (Hij beweerde dat-ie hem niet gezien heeft.)
    - Hem heeft het gedaan, ikke niet!
    /Hem heiget gedaon, ikke nie!/

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door Marcus op 28 Nov 2014 12:08
    3 reactie(s)

    em

    (of hem)
    hij, in bepaalde gevallen: na een werkwoord, na dat, na als = wanneer, na als = indien, niet na als = vergelijking.
    zie hem – em

    t.a.v. de grammatici: laat u eens gaan en geef hier ne convenabele uitleg.

    Hij had pertang beloofd dat em kwam, maar van de namiddag moest em naar Brussel. Als em kan zal em nog binnenspringen.

    ‘Dat is em! Dat is em!’ De legendarische uitroep van Rik De Saedeleer bij een beslissende goal.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door Marcus op 28 Nov 2014 12:07
    14 reactie(s)

    eigen, zijn ~
    (wederk. vnw.)

    zich

    me: mijn eigen
    je: uw eigen
    zich: zijn eigen / haar eigen
    ons: ons eigen
    je: uw eigen, ollen eigen
    zich: hun eigen

    Ik vraag mijn eigen af…
    Gij vraagt uw eigen af…
    Hij vraagt zijn eigen af…
    Zij vraagt haar eigen af…
    Wij vragen ons eigen af…
    Gullie (golle) vraagt uw (ollen) eigen af…
    Zij vragen hun eigen af…

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door Marcus op 28 Nov 2014 12:05
    1 reactie(s)

    zakes
    (de ~, altijd meervoud)

    zaken, meervoud van zaak

    wordt alleen maar gebruikt uitdrukkingen waarmee men bemoeizucht afkeurt

    - Gij hebt het hier altijd maar over de geburen en eigenlijk zijn dat uw zakes niet he!
    - Als ge uw eigen nu eens moeide met uw eigen zakes, zou dat niet veel beter zijn? Zie moeien, zich ~

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door Marcus op 28 Nov 2014 12:01
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.