Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    opentlijk

    openlijk

    Hij komt er opentlijk voor uit.

    “Deze begunstigt den Keizer, de ander verklaart zig opentlyk voor Vrankryk” V. Effen (1734) (Woordenboek der Nederlandsche Taal)

    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 10 May 2019 14:49
    7 reactie(s)

    piket
    (de ~, m. , ~ten)

    doelpaal

    < Frans: piquet: gepunt paal­tje, van het werkwoord piquer

    De term is afkomstig uit de landmeetkunde.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Houten paal van onderscheidene afmetingen, die in den grond geslagen wordt, voor verschillende doeleinden.
    “Een lochting (tuin, hof) met piketten afsluiten.” (zie Teirlinck).

    Een schot van ver los tegen de piket. Had die keeper (kipper) efkes chance.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 10 May 2019 14:48
    0 reactie(s)

    schoe
    (de ~ (m.), ~n/s)

    schoen

    meestal in het mv. in gebruik

    MNW: Schoe: oorsprong skuo > scoe > schoe: schoen is het meervoud van schoe. De oorspronkelijke vorm schoe is tot in de 17de en 18de eeuw naast schoen blijven bestaan. Zoo nog heden in Zuidnederlands; (De Bo) ook tal van samenstellingen aldaar.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Schoen: De voor het enkelvoud in gebruik gekomen meervoud vorm van schoe (gewestelijk nog in gebruik).

    zie ook schoelint

    “Weten waar de schoe duwt, de oorzaak kennen van ’t geen ons smert” De Bo, Westvlaamsch Idioticon (1873)

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 10 May 2019 14:47
    4 reactie(s)

    zwalpen
    (ww. zwalpte, gezwalpt)

    vaartuigen: op zee ronddolen
    personen, dieren: wankelend, stuurloos voortbewegen

    SN: zwalken

    zie ook zwalpei, zwalper

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Belgisch-Nederlands

    De zatterik zwalpte over ’t straat en strunkelde uiteindelijk over een vuilbak.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 10 May 2019 14:47
    12 reactie(s)

    hezzelenteer
    (de ~, (m.), ~teren)

    Een esdoorn, esselteer, violenhoutboom
    verbastering van herzelenteer

    Het tweede deel van de samenstelling “teer” – dikwijls ook “ter” – betekent boom. Zoals in ’t Engels “tree”.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal, bij esdoorn: Wellicht is dezelfde boom bedoeld met esselteer, dat voorkomt Costumen van Brussel (1657).

    MNW bij tere:
    Kluyver vermeldt nog als Belgische boomnamen (doch zonder bewijsplaatsen) hardenteer, harenteer, herzelenteer, en den geslachtsnaam Notelteirs (uit Schuermans).

    Acer pseudoplatanus 002

    In de Canadese vlag staat een blad van een hezzelenteer.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door de Bon op 10 May 2019 14:45
    2 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.