Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
zure oprispingen met pijn achter het borstbeen
“Ik eet geren rozijnenbrood, maar achteraf heb ik altijd de zo(o)i.”
ketel en stookplaats voor het varkensvoer
“Breng de schillen naar de doesj en doe er water op. En kijk of er nog genoeg hout ligt.”
kinderen in het huishouden
“Bij ons thuis waren we mee vier gasten: drij jongens en een meisken. Bij mijn tante waren er ook vier, maar zij had het nooit nie(t) over heur ‘gasten’, maar over heur ‘jongens’. ’t Waren pertang allemaal meiskes.”
kinderen in het huishouden
“Bij ons thuis waren we mee vier gasten: drij jongens en een meisken. Bij mijn tante waren er ook vier, maar zij sprak niet over heur ‘gasten’, maar over heur ‘jongens’. ’t Waren pertang allemaal meiskes.”
gedurig, maar niet continu
“Dieë kleinen komt in één genâe op de blaffeturen (= vensterluiken) kloppen. Ge zult er de geburen toch ne keer iet(s) moeten van zeggen.”
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.