Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    stom

    De beschrijving van deze term werd 9 keer aangepast.

    Versie 9

    stom
    (bn.)

    dom, dwaas, lomp

    Van Dale stom (bijvoeglijk naamwoord; stomheid)
    1 niet in staat om te spreken
    2 (stommer, stomst) dom
    3 (stommer, stomst) vervelend, eentonig
    4 (taalkunde) (van klinkers) onbeklemtoond, toonloos

    vgl. stommerik (= domoor)

    Met “Stomme lut!” kunt ge uzelf wel verwensen, als ge inziet dat ge er totaal neffest (= naast) waart. Of het mannelijke “stommekloot”

    Regio Standaard Nederlands
    Bewerking door Georges Grootjans op 20 Jan 2020 17:43
    0 reactie(s)

    Versie 8

    stom
    (bn.)

    dom, dwaas

    Van Dale stom (bijvoeglijk naamwoord; stomheid)
    1 niet in staat om te spreken
    2 (stommer, stomst) dom
    3 (stommer, stomst) vervelend, eentonig
    4 (taalkunde) (van klinkers) onbeklemtoond, toonloos

    vgl. stommerik (= domoor)

    Met “Stomme lut!” kunt ge uzelf wel verwensen, als ge inziet dat ge er totaal neffest (= naast) waart. Of het mannelijke “stommekloot”

    Regio Standaard Nederlands
    Bewerking door de Bon op 04 Aug 2018 13:35
    0 reactie(s)

    Versie 7

    stom
    (bn.)

    dom, dwaas

    vgl. stommerik (= domoor)

    Van Dale stom (bijvoeglijk naamwoord; stomheid)
    1 niet in staat om te spreken
    2 (stommer, stomst) dom
    3 (stommer, stomst) vervelend, eentonig
    4 (taalkunde) (van klinkers) onbeklemtoond, toonloos

    Met “Stomme lut!” kunt ge uzelf wel verwensen, als ge inziet dat ge er totaal neffest (= naast) waart. Of het mannelijke “stommekloot”

    Regio Standaard Nederlands
    Bewerking door de Bon op 04 Aug 2018 13:35
    0 reactie(s)

    Versie 6

    stom
    (bn.)

    dom, dwaas

    vgl. stommerik (= domoor)

    Van Dale
    stom (bijvoeglijk naamwoord; stomheid)
    1 niet in staat om te spreken
    2 (stommer, stomst) dom
    3 (stommer, stomst) vervelend, eentonig
    4 (taalkunde) (van klinkers) onbeklemtoond, toonloos

    Met “Stomme lut!” kunt ge uzelf wel verwensen, als ge inziet dat ge er totaal neffest (= naast) waart. Of het mannelijke “stommekloot”

    Regio Standaard Nederlands
    Bewerking door de Bon op 04 Aug 2018 13:34
    0 reactie(s)

    Versie 5

    stom
    (bn.)

    dom, dwaas

    vgl. stommerik (= domoor)

    VD
    stom (bijvoeglijk naamwoord; stomheid)
    1 niet in staat om te spreken
    2 (stommer, stomst) dom
    3 (stommer, stomst) vervelend, eentonig
    4 (taalkunde) (van klinkers) onbeklemtoond, toonloos

    Met “Stomme lut!” kunt ge uzelf wel verwensen, als ge inziet dat ge er totaal neffest (= naast) waart. Of het mannelijke “stommekloot”

    Regio Standaard Nederlands
    Bewerking door de Bon op 23 Aug 2010 20:43
    0 reactie(s)

    Versie 4

    stom
    (bn.)

    dom, dwaas

    vgl. stommerik (= domoor)

    VD
    stom (bijvoeglijk naamwoord; stomheid)
    1 niet in staat om te spreken
    2 (stommer, stomst) dom
    3 (stommer, stomst) vervelend, eentonig
    4 (taalkunde) (van klinkers) onbeklemtoond, toonloos

    Met “Stomme lut!” kunt ge uzelf wel verwensen, als ge inziet dat ge er totaal nèffest (= naast) waart. Of het mannelijke “stommekloot”

    Regio Standaard Nederlands
    Bewerking door Flipper op 15 Mar 2008 19:49
    0 reactie(s)

    Versie 3

    stom
    (bn.)

    dom, dwaas

    vgl. stommerik (= domoor)

    VD
    stom (bijvoeglijk naamwoord; stomheid)
    1 niet in staat om te spreken
    2 (stommer, stomst) dom
    3 (stommer, stomst) vervelend, eentonig
    4 (taalkunde) (van klinkers) onbeklemtoond, toonloos

    Met “Stomme lut!” kunt ge uzelf wel verwensen, als ge inziet dat ge er totaal nèffest (= naast) waart.

    Regio Standaard Nederlands
    Bewerking door Flipper op 06 Mar 2008 22:46
    0 reactie(s)

    Versie 2

    stom
    (bn.)

    dom, dwaas

    vgl. stommerik (= domoor)

    VD
    stom (bijvoeglijk naamwoord; stomheid)
    1 niet in staat om te spreken
    2 (stommer, stomst) dom
    3 (stommer, stomst) vervelend, eentonig
    4 (taalkunde) (van klinkers) onbeklemtoond, toonloos

    Met “Stomme lut!” kunt ge uzelf wel verwensen, als ge inziet dat ge er totaal nèffest (= naast) waart.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door Flipper op 06 Mar 2008 22:45
    0 reactie(s)

    Versie 1

    stom
    (bn.)

    dom, dwaas

    vgl. stommerik (= domoor)

    Met “Stomme lut!” kunt ge uzelf wel verwensen, als ge inziet dat ge er totaal nèffest (= naast) waart.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door haloewie op 06 Jan 2008 16:16
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.