Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    Woorden die beginnen met 'i'

    1. ic (3)
    2. id (9)
    3. ie (93)
    4. ig (1)
    5. ij (52)
    6. ik (19)
    7. il (1)
    8. im (37)
    9. in (489)
    10. ip (17)
    11. ir (11)
    12. is (12)
    13. it (5)
    14. iv (3)

    De volgende 723 termen in onze databank beginnen met 'i':

    IC
    IC-trein
    ich
    ideaal geplaatst zijn
    idealerwijze
    idee
    idee, in 't ~ zijn
    identiek dezelfde
    identiek hetzelfde
    identifiëren
    identiteitskaart
    idiotentaks
    iedelen
    ieder
    ieder maal als/dat
    ieder zijn goesting
    ieder zijne vogel
    iedere rotte frank
    iedereen bevoegd, niemand verantwoordelijk
    iedereen en alleman
    iederoverant
    iekenis
    iëkheureke
    iele
    ielen
    iemand bebabbelen
    iemand bij zijn kleed hebben
    iemand de mouw vegen
    iemand de oren van zijn kop zagen
    iemand een been uitvijzen
    iemand een poot uitvijzen
    iemand een vlassen baard aandoen
    iemand een wiek draaien
    iemand el
    iemand erdoor sleuren
    iemand halen
    iemand hebben liggen
    iemand iets op de mouw speten
    iemand kunnen opeten
    iemand kwijtspelen
    iemand liggen hebben
    iemand met de vinger wijzen
    iemand niet kunnen rieken of zien
    iemand niet kunnen zien
    iemand rond zijn vinger draaien
    iemand speciaal
    iemand stroop aan de baard smeren
    iemand tegen de schenen stampen
    iemand van het kaske naar de muur sturen
    iemand, een beeld ophangen van ~
    iemand, hèt voor ~ zijn
    iemand, op ~ tellen
    iemand, op ~ zijn blaak speken
    iemand, voor ~ staan
    ienigte
    Ieperboog
    ieperiet
    iërappel
    ieske
    iet
    iet el
    iet en ne piet en ne snotpiet
    iet en niks
    iet gescheten, dat is ~
    iet hebben
    iet mag het hebben
    iet of wa
    iet of wat
    iet voor bij den boterham
    iet, als ~
    iet, dat is ~ van niks
    iet, het is overal ~
    iet, zo (met bijv. nw.) als ~
    iet(s), of ~
    ietekepetieteke
    ietekes
    iets (gaan) eten
    iets bijeen doen
    iets door je neus kunnen binnentrekken
    iets gaan drinken
    iets half zijn gat afwerken
    iets in elkaar boksen
    iets in zijn kas spelen
    iets krijgen
    iets naar voor schuiven
    iets of iemand in d’oog houden
    iets om in te kaderen
    iets uitsteken
    iets voorhebben
    iets, zo ... als ~
    ietsepitteke
    ietske petietske
    ietske pietske
    iever
    ieveraar
    ieverans
    ieveranst
    ievers
    ieverst el
    ievollig
    ievolligaard
    ievrounst
    iewers
    iëze
    igheid
    ij, een lange ~
    ijkingsproef
    ijkingstoets
    ijle
    ijle aan uw gat hebben
    ijle niet
    ijle, in het ~
    ijllicht
    ijlshands
    ijsbeer
    ijsberen
    ijsbuche
    ijscrème
    ijselijk
    ijsgang
    ijsgat
    ijskast
    ijskot
    ijskreem
    ijslam
    ijspraline
    ijsput
    ijsreep
    ijsroom
    ijsschaatsen
    ijsstoel
    ijsstronk
    ijsstuk
    IJzer medaille
    ijzer, een ~ zetten op
    ijzer, in oud ~ hangen
    IJzerbedevaarder
    IJzerbedevaart
    ijzerbijter
    ijzeren
    IJzeren Rijn
    ijzerenweg
    IJzerkruis
    ijzermaal
    ijzermanneke
    ijzermanneke, een ~ maken
    ijzermarchand
    ijzers
    ijzers, d’ ~ aftrekken
    ijzers, met d’ ~ halen
    ijzersoldaat
    ijzerstrijder
    ijzertoren
    ijzervreter
    ijzerwerk
    ijzerwinkel
    ik
    ik dank u
    ik doen, gaan, staan, zien en zijn
    ik ga het zeggen, Walter
    ik ga naar mijn kaf
    ik gevolgd door infinitief in de OTT
    ik heb er maar twee
    ik kan hem met mijn gat niet zien
    ik was juist aan het denken
    ik weet niet hoe
    ik weet niet wat, iemand ~ doen
    ik zeg het nog se
    ik zijn
    ik, op een ~ en een gij
    ikea-syndroom
    ikeacoalitie
    ikkigheid
    iks aantal
    iksel
    il faut le faire
    imagotaks
    imagoverlagende winkel
    imbuvable
    immatriculatie
    immatriculatienummer
    immatriculeren
    immersie
    immersie-onderwijs
    immo
    immobedrijf
    immobiliair
    immobiliën
    immobiliënkantoor
    immobiliseren
    immobilisme, Belgisch ~
    immoboer
    immobord
    immocratie
    immocrisis
    immogigant
    immokantoor
    immomakelaar
    immoprogramma
    immosite
    immospeler
    immotheker
    impacteren
    impermeabel
    impersant
    impesant
    impressie, zich niet van de ~ kunnen ontdoen
    impressionant
    impressioneren
    improviste, à l'~
    impulsfonds
    impulsfonds, sociaal ~
    impulsprogramma
    in
    in drie, in vier delen
    in 't sheirs zitten
    in ’t gat steken
    in ’t gelijk
    in ’t gelijk zijn
    in ’t nief staan
    in ’t slaap vallen
    in `t fout zijn
    in aantal zijn
    in actie schieten
    in afslag zijn
    in afwachting dat
    in akkoord met
    in alle geval
    in alle intimiteit
    in alle sereniteit
    in avance
    in balans liggen met iemand
    in bekort zitten
    in België
    in beschuldiging stellen
    in bijlage
    in bloem staan
    in bossen en kanten
    in de achterzak zitten
    in de bak schuiven
    in de boter trappen
    in de duik
    in de final
    in de grond zakken van schaamte
    in de kap zitten
    in de kering
    in de marmer zetten
    in de mate van het haalbare
    in de mate van het mogelijke
    in de middelt
    in de mouw hebben
    in de muil van de wolf lopen
    in de pap roeren
    in de patatten rijden
    in de rapte
    in de school
    in de schoot van de regering
    in de studie blijven
    in de vergeethoek
    in de vergeethoek geraken
    in de vlugte
    in de week
    in den duik
    in den eik zetten
    in den tijd
    in den treure
    in dergelijk geval
    in doling
    in drie haasten
    in dubbel
    in dummelienge
    in een aai en een draai
    in een mollegat kruipen
    in een wip en een gauw
    in eer en geweten
    in eigen rangen
    in en op
    in ene keer
    in extremis
    in form
    in gang stampen
    in gang steken
    in gang trappen
    in gang zijn met
    in groep
    in hagen en kanten
    in het decor belanden
    in het dubbel
    in het echtig
    in het groen
    in het kinderbed blijven
    in het klooster van Sint Arjaan
    in het ongelijk zijn
    in het riet rijden
    in het rood gaan
    in het vizier liggen van
    in het zelfste beuzeke steken
    in hoofde van
    in iemand zijn beuze pissen
    in iemand zijn gat keuteren
    in iemands rapen schijten
    in kosten vallen
    in leiding staan
    in loten verkopen
    in massa
    in min gaan
    in nestels zitten
    in open lucht
    in orde zijn met
    in plek van
    in promotie
    in rangen van
    in regel
    in schaar
    in schijven van
    in schoonheid eindigen
    in schuifkes
    in schuim en zweet
    in se
    in stede
    in stokke(n) liggen
    in tegenwijzerzin
    in tussenkomen
    in utjies en trutjies
    in uw pijp steken en opsmoren
    in uwe goemmer slagen
    in vakantie
    in vet
    in vetjes
    in Vlaamse klei geworteld
    in voege
    in voorraad
    in wijzerzin
    in zeven haasten
    in zijn (haar) opkomen
    in zijn baard lachen
    in zijn broek dabben
    in zijn dag zijn
    in zijn eigen denken
    in zijn gat gebeten
    in zijn gat gebeten zijn
    in zijn kaf liggen
    in zijn ongelijk zijn
    in zijn opkomen zijn
    in, het ~ hebben
    inachtname
    inauguratie
    inbadgen
    inbeelden, zich ~
    inbeelding
    inbegrepen, dienst ~
    inbeschuldigingsstelling
    inbeschuldigingstelling
    inblauwen
    inblutsen
    inboteren
    inbotten
    inbreuk
    inbusselen
    inbutsen
    inbuvable
    incentive
    incidentrijk
    inciviek
    incivisme
    incluis
    incontournabel
    incontournable
    indelijks
    indeliks
    index
    indexaanpassing
    indexatie
    indexering
    indexkorf
    indexmanipulatie
    indexsprong
    indexterrorist
    indianen
    indicatief
    indicatorleerling
    indices
    Indië
    indienen
    indienstname
    Indiër
    indijken
    Indisch
    Indische
    indlijk
    indoen
    indoen, ingedaan
    indoezen
    indoppen
    indruk, de ~ opdoen dat
    indruk, een ~ geven
    indruk, een ~ laten
    indruk, zich niet van de ~ kunnen ontdoen
    induffelen
    industrieel ingenieur
    industriële bakkerij
    ineen
    ineen~
    ineenboksen
    ineendraaien
    ineendrukken
    ineenfiksen
    ineenflansen
    ineenflappen
    ineenfoefelen
    ineenklikken
    ineenklossen
    ineenkwakken
    ineenperen
    ineens
    ineenslaan
    in­een­slagen
    in­een­stam­pen
    ineensteken
    ineenstuiken
    ineenvijzen
    ineenvlammen
    ineet
    ineten
    infarct, een ~ doen
    infikkelen
    infirmière
    infocoach
    infodossier, elektronisch ~
    infoefelen
    infomoment
    ingaan, er niet ~
    ingang
    ingang vrij
    ingangsdeur
    ingangsexamen
    ingangskaart
    ingangspoort
    ingangsproef
    ingangsverbod
    ingegeven, voor een stuk ~ door
    ingekleurd
    ingelepeld, met de papfles ~ krijgen
    ingemaakte kast
    ingenieur, burgerlijk ~
    ingenieur, industrieel ~
    ingenieur, technisch ~
    ingenomen rijstrook
    ingenottreding
    ingeschreven zijn
    ingesteldheid
    ingeval van
    ingeven
    ingroeibaan
    inhaalrust
    inhaken
    inhebben
    inhoudstafel
    inhuldigen
    inhuldiging
    initiatie
    initiatiecursus
    initiatiefrecht
    initieel
    initimiteit, in alle ~
    inkaderen
    inkaderen en boven uw bed hangen
    inkaderen, iemand ~
    inkalveren
    inkantelen
    inkanteling
    inkbiegel
    inkel geld
    inkelderen
    inken
    inkeven
    inkloppen
    inkollen
    inkom
    inkom vrij
    inkombalie
    inkombedrag
    inkomdeur
    inkomen
    inkomen, gewaarborgd ~
    inkomen, kadastraal ~
    inkomenscompensatievergoeding voor zelfstandigen
    inkomgeld
    inkomhal
    inkomkaart
    inkompas
    inkompoort
    inkomprijs
    inkomruimte
    inkomtafel
    inkomticket
    inkomweg
    inköt
    inkruip
    inkruipen
    inkruipen, daar gaat veel tijd ~
    inkt, Chinese ~
    inkt, er is al veel ~ gevloeid over
    inkt, veel ~ doen vloeien
    inktcartouche
    inktpot, een stamp in zijn ~
    inladen
    inlappen
    inlassing
    inleefvakantie
    inleggen
    inleidingskamer
    inlepelen
    inmaakkast
    inmijnen
    inmijning
    innagel
    inne-minne-mutte
    innekot
    innewaarts
    innige deelneming
    inning, onmiddellijke ~
    inox
    inoxen
    inoxidabel
    inoxstaal
    inpakken
    inpappen
    inpapper
    inperen
    inpikken op
    inpilsen
    inplanten
    inplanting
    inplantingsplaats
    inrichten
    inrichtend comité
    inrichtende macht
    inrichter
    inrichting
    inroepen
    inroepen, verzachtende omstandigheden ~
    insappen
    inschakelingsuitkering
    inschieten
    inschijten
    inschrijven, zich ~ in
    inschrijvingsmodaliteiten
    inschrijvingsplaat
    inschrijvingsrecht
    inschrijvingstaks
    inschudden
    inschuifhuis
    insgelijke
    insgelijks, van ~
    insignificant
    insijpeling
    inslaan
    inslag
    inslagen
    inslapen
    insleutelen
    inslikken
    insmeren
    insmijten
    inspannen
    inspannen, een proces ~
    inspanning, een ~ doen
    insprong
    instaan voor
    instampen (insjtampe)
    instapklaar
    instapklas
    instapper
    instappertje
    insteken
    insteken, een machine ~
    insteken, een waske ~
    insteken, een wasmachine ~
    instel
    instelbod
    instellen
    instelpremie
    instelprijs
    instesselen
    institutionele hervorming
    instuiken
    insz
    intaren
    intassen
    intasten
    integreren, zich ~
    intense regen
    intensieve
    intensieve zorgen
    intentieproces
    intentioneel
    interclub
    intercommunale
    intercommunale, gemengde ~
    interesseren, zich ~ aan
    interfederaal
    Interfederaal Gelijkekansencentrum
    interfederaliseren
    intergewestelijk
    interim
    interim-regering
    interim, een ~ doen
    interimair
    interimarbeid
    interimaris
    interimbedrijf
    interimbureau
    interimcontract
    interimjob
    interimkantoor
    interimmer
    interlocktueel
    interloctueel
    intermodaliteit
    intermutualistisch
    Intern Verzelfstandigd Agentschap
    intern, halve ~
    internationaal
    interne keuken
    interneren
    internering
    internetgazet
    internetrijbewijs
    interprofessioneel
    interprofessioneel akkoord
    interrupteur
    interventiekorps
    interventieploeg
    interzonaal
    intets
    intige
    intijds
    intimistisch
    intimiteit, begrafenis in alle ~
    intra-Belgisch
    intracommunautaire verwerving
    intrafamiliaal
    intrafamiliaal geweld
    intrest
    intriest
    intriestig
    intrige
    intussentijd
    invaliditeit, op ~ zetten
    inverdenkinggestelde
    inverdenkingsgestelde
    inverdenkingstelling
    inverkeerstelling
    invetten, iemand ~
    invisiebeltje
    inviteren
    invoegafdeling
    invoegbedrijf
    invoegetreding
    invoegwerknemer
    invoerder
    involgen, iemand ~
    invraagstelling
    inwendige orde
    inwijkeling
    inwijken
    inwindelen
    Inwonersnamen
    inwoon
    inwoon, kost en ~
    inzepen, iemand ~
    inzicht
    inzicht, het ~ hebben om
    inzicht, het ~ hebben te
    inzicht, met ~ iets doen
    inzicht, met het ~
    inzitten, er goed ~
    inzitten, ermee ~
    inzitten, met iets of iemand ~
    inzonder
    inzonderheid
    inzweren
    ip de ruttel
    ip en 't èndent
    ip en of
    ip nittels zitten
    ip uw langde liggen
    ip uwen tid zin
    ip, ne keer ~ en weg
    IPA
    ipkallefoateren
    ipkleen
    ippen
    ipperlucht
    ippermeester
    ipperst
    ipperste
    IR-trein
    Irakees
    Iranees
    irken
    irrealistisch
    irrebeze
    irreweus
    is
    is ertoe gehouden
    is kunnen ontsnappen
    is’t
    isgat
    iskreim
    islamsafari
    isomo
    isomoschuim
    isomowafel
    Italiaander
    Italienneke
    Italo-Belgisch
    itsme
    ittantik, den ~ krijgen
    IVA
    ivenanst
    iverans

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.