Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
Dit is slechts 1 definitie voor "klokspijs." Bekijk alle definities.
appelmoes, appelmousseline
regio zuiderkempen
zie ook de reacties
Vanavond eten we petatten me klokspijs en een stukske vlees.
Gisteren hebben we kieken met kloekespijs en gebakken patatjes geten.
Die volle kastrol klokspijs zal rap zjaak zijn.
Die kleine is ne gemakkellijken’eter alles got erin gelak klokspijs. (SN)
Ik heb klokspijs persoonlijk nooit gehoord in Antwerpen. Ik ken alleen appelspijs.
klokspijs
Ik hoorde dit woord ook al heel lang niet meer, maar voor dakik het hier neerpootte ben ik even ten rade gegaan bij familie en kennissen en vooral 65 plussers kennen het nog.
klokspijs
40 en 50 plussers uit de regio Lier, Lint enzo kennen dat ook nog.
Klokspijs is een legering van koper en tin, waaruit klokken worden gemaakt. Vandaar de uitdrukking: „dat gaat erin als klokspijs”, hetgeen dan weer de naam van een gerecht is.
https://nl.wikipedia.org/wiki/Klokspijs_(legering)
Ik weet eigenlijk niet wat voor eten klokspijs moge zijn; de Wiki heeft er geen artikel omtrent. Misschien is dit ĂĽberhaupt niet zo Vlaams?
Juist, Rodomon. Ik vind zelfs veel meer googlementen in .NL (>3.400) dan .BE (>600). De eerste googel die ik tegenkom is Brasserie Klokspijs in … Amsterdam. En staat ook ongemarkeerd in VD. Maar het betekent in SN zoiets als iets dat gemakkelijk geten wordt: Dat gaat erin als klokspijs.
De betekenis hierboven (Antw. Kempen) is appelspijs. En dat is toch iets anders.
WNT:
Klokspijs die voor het gebruik gereed, dus gesmolten, is, vloeit gemakkelijk in den vorm; vandaar het fig. gebruik van het woord voor: iets dat gemakkelijk vloeit, dat geen moeilijkheden oplevert.
Dezelfde eigenschap van klokspijs ligt ten grondslag aan de zegsw.: Er in gaan als klokspijs, van spijzen: gemakkelijk naar binnen gaan, met gretigheid gegeten worden; ook gezegd van koopwaar die goeden aftrek vindt. (Dat klokspijs hier een ander woord, t.w. een samenst. van Spijs (1) met het ww. klokken in de bet. slikken, inslokken, zou zijn, is onaannemelijk: het bestaan van die bet. is voor genoemd ww. niet te bewijzen, maar bijgedachte aan klokken voor ”met het geluid ’klok’ vloeien” is niet onwaarschijnlijk, al zal men ook niet aan samenstelling met dit laatste mogen denken; en bij het beneden genoemde gebruik voor ”lekkernij” is bijgedachte aan Spijs (I) niet uitgesloten).
Vandaar het gebruik van klokspijs voor: iets dat gemakkelijk naar binnen gaat of gretig gegeten wordt, lekkernij.
Geheel oneig. is het westvl. gebruik van de verbinding het is gelijk klokspijze, gezegd van brood dat opgeblazen en zeer licht is (DE BO (1873)).
Mijn grootmoeder vertelde ooit dat de naam ontstaan is omdat de rode appeltjes als klokjes aan de bomen hingen.
kloekespijs
In mijn dorp werd dit verhaspeld tot “kloekespijs”.
“Kloekespijs”, in de betekenis appelspijs?
Ja, kloekespijs, dialect van Vorselaar, Herentals, Lille enz. In Lier en omstreken is het klokspijs.
Ingelogde gebruikers kunnen reacties aan deze definitie toevoegen.
Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.