neutheuvel

neutheuvel

(de ~, m., ~s)

ventje, klein van gestalte

361

WNT: Neutheuvel, ”korte, ineengedrongen persoon” (corn.-vervl., blz. 1916).

FTR de gegeven bron (Corn-Vervl), is een bekend oud werk over de (vooral Kempische) dialecten van de prov Antwerpen, dus dat het in de WNT staat zegt niets over dat het SN zou zijn ;)

WNT

De meest bekende beteekenis is die van: klein, oud vrouwtje, of ook een meisje ”dat in zijnen groei is blijven steken” (CORN.-VERVL.). KIL. ¹⁵⁹⁹
Ook neuter, ”jongen die klein van was is”. Blijkbaar beteekent dit neut, neutel, neuter in het algemeen iets dat klein, nietig is, een begrip dat men ook vindt in neutelen (zie ald.). Wellicht staat de stam van die vormen in verband met andere stammen, beginnende met kn-, b.v. in knot, knutten, knutselen (in het Nd. beteekent knutte b.v. iemand die klein van persoon is: zie D. Wtb. onder Knoten)

Op Google gevonden:
een vrouw die de naam Jos Neutheuvel draagt.
Op 1 januari is ze jarig. Ze is nu 113 jaar oud en woont in Antwerpen.

DD, ik wilde er niet mee zeggen dat het SN zou zijn. Het was gewoon een bronvermelding. Eigenlijk de enige bronvermelding die ik gevonden heb.
Haha fansy, die Jos Neutheuvel verjaart eerder op 1 april geloof ik?

Andere betekenissen van neut: borrel drankje slok

definities op Encyclo (mijnwoordenboek.nl):
1) Afbeelding 1> oog aan (de bovenkant van) een blok, waarmee het blok bevestigd wordt. De term wordt voornamelijk gebruikt…
2) Blokjes van steen of hout waarop de stijl van deur of vensterkozijn rust…
3) gleuf in de wang van een stropblok waarin een touw-of staaldraadstrop ligt…
4) gleuf in de wang van een stropblok waarin een touw-of staaldraadstrop ligt…
5) Blokjes van steen of hout waarop de stijl van deur of vensterkozijn rust…

maar dat is buitenbelgisch oftewel hollands

neut (be) = onderdeurtje in NL
neut (nl) = borrel in BE