Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    ist

    Dit is slechts 1 definitie voor "ist ." Bekijk alle definities.

    ist

    Derde persoon enkelvoud van de tegenwoordige tijd van het werkwoord zyn. Het persoonlijke voornaamwoord is aan het einde bijgevoegd.

    sichten 1 oktober 2020 (Alexander De Croo) ist ie premier (êeste minister) van België.

    8 reactie(s)  |  oudere versies
    Toegevoegd door Vloamienklouis en laatst gewijzigd door Georges Grootjans (13 Apr 2024 16:50)

    👍
    3

    Reacties

    En als het een zij is, is het dan ook “ist zi”?

    Toegevoegd door Georges Grootjans op 13 Apr 2024 16:49

    Merci voor het lemma, Vloamienklouis, maar het is eigenlijk niet volledig correct. De ‘t’ is technisch gezien een verdubbeling van het voornaamwoord ‘hij’ en is dus geen deel van het werkwoord, maar een voornaamwoord. Ik dacht dat ik jaren geleden daarvoor al het lemma ‘tij’ had toegevoegd, maar blijkbaar ben ik dat volledig vergeten. Coming soon someday…

    Sinds 1 oktober is t hij premier van België.

    In het Waasland klinkt dit als:
    Sinds 1 oktober is *t*je premier van België.

    Ge vindt in West- en Oost-Vlaanderen ook de vorm:
    Sinds 1 oktober is t n premier van België.

    En ten oosten van de Schelde komt ook hier en daar deze vorm voor (misschien een mengvorm onder invloed van de westschelderlingen):
    Sinds 1 oktober is t em premier van België.

    En als ge mij niet gelooft dat de ‘t’ een voornaamwoord en geen werkwoordsuitgang is, vergelijk het met een ander werkwoord waarvan de stam eindigt op een klinker, bv. ‘gaan’ (stam: ga):

    Sinds 1 oktober ga t hij naar d’school.

    En nu zegde allicht “jama jama, die t hoort bij het werkwoord!” Maar dat is ook niet waar, want werkwoorden waarvan de stam niet eindigt op een plofklank, krijgen in het Vlaams de werkwoordsuitgang D en niet t. Vergelijk de klank:

    Hij ga sinds 1 oktober naar d’school. (d noch t, want bij korte werkwoorden waarvan de stam eindigt op een klinker en die gevolgd worden door een medeklinker die geen b, d, h of t is, komt er in het Vlaams geen werkwoordsuitgang in de tweede of derde persoon enkelvoud noch in de tweede persoon meervoud; als die eerstvolgende letter een stemhebbende medeklinker is, wordt die medeklinker wel stemloos)
    Sinds 1 oktober ga t hij naar d’school.
    Hij gaa*d* (!) al sinds 1 oktober naar d’school.

    Vrouwelijk is het trouwens ook gewoon verdubbeld:

    Sinds 1 oktober is ze zij premier van België.
    Sinds 1 oktober ga’ ze zij naar d’school. (let hier op het stemverlies bij ‘ze’)

    Toegevoegd door nthn op 13 Apr 2024 21:18

    Sorry, foutje, de bdht-klinkerregel is hier niet van toepassing, wel de h-klinkerregel:

    … die gevolgd worden door een medeklinker die geen h is …

    Toegevoegd door nthn op 13 Apr 2024 21:38

    @nthn bedankt voor je informatie

    Toegevoegd door Vloamienklouis op 13 Apr 2024 21:48

    Dit (t] is waarschijnlijk een overblijfsel van het oude Vlaamse Germaanse morfologische substraat dat in

    Modern Duits:

    Sie ist allein. (Ze is alleen.)

    Ik denk dat ze alleen is. (Ik denk dat ze alleen is.)

    Toegevoegd door Vloamienklouis op 13 Apr 2024 22:14

    Ich denke, daß sie allein ist (Ik denk dat ze alleen is)

    Toegevoegd door Vloamienklouis op 13 Apr 2024 22:17

    Het lijkt erop, zeker, maar het lijkt mij weinig waarschijnlijk. Duizendtweehonderd jaar geleden was de derde persoon enkelvoud van ‘sin’ en later ‘sijn’ in onze streken al ‘is’. ‘Ist’ kwam enkel voor in of in de buurt van het huidige Duitsland, en het zou niet logisch zijn dat die vorm dan plots toch doortrekt tot aan de kust, om dan in het midden niet gebruikt te worden.

    Bovendien worden alle andere persoonlijke voornaamwoorden in exact dezelfde context onderworpen aan reduplicatie (ik → ‘kik, gij → gegij/jegij, enz.), dus zou het niet logisch zijn dat dat bij ’hij’ niet gebeurt.

    Toegevoegd door nthn op 14 Apr 2024 13:22

    In Limburg wordt vaak ‘te’ achter de stam toegevoegd in de tweede persoon enkelvoud in de tegenwoordige tijd. Hier is de herkomst (voor mij) duidelijk: te vervangt du d.m.v. samentrekking: bis du wordt dan biste, zaes du wordt zaeste, kriegs du, krieste. enz. Ik zal er nog eens een lemma van maken.

    Toegevoegd door koarebleumke op 14 Apr 2024 20:07

    Voeg een reactie toe

    Ingelogde gebruikers kunnen reacties aan deze definitie toevoegen.

    Log in

    Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

    Uw gebruikersnaam
    Uw geheime paswoord

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.