Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De onderstaande reacties zijn de laatst toegevoegde reacties op termen in ons woordenboek.
Ik heb inderdaad zo scheel als nen otter gezien want ik heb gewoon de twee lemma’s van joint door elkaar gemixt. Excuses voor de verwarring.
Tiens, die nummering van oudere versies klopt toch niet of zie ik scheel? De laatste versie van De Bon wordt wel getoond, maar is versie nummer 10, terwijl er al een versie 14 is. Dat heb ik nog nooit gezien.
“Valse lucht” is blijkbaar ook een meer algemeen begrip: valse lucht (door een lek aangezogen). EN het wordt veel in verband met motoren enzo gebruikt. Maar ik weet niet of het samenvalt met uw betekenis.
Maar het is blijkbaar ook in .NL:
“Mogelijk trekt de kachel valse lucht. Indien de brander kamer onbedoelde valse lucht aanzuigt komt de lucht niet door de brander korf.” (biokachels.nl)
Afgelopen weekend is tijdens het poetsen van mijn ruit een stuk eruit geknapt, met als gevolg dat de kachel valse lucht aanzuigt. (kachelforum.nl)
enz.
akrol
Een akrol is een woelmuis of -rat die knaagt aan wortels en bloembollen.
Iemand / vnl. een kind dat altijd ongedurig, onrustig bezig is veelal op onmogelijke plaatsen, niet kan stilzitten, heet men soms een akrol, een woelwater.
Ik denk dat het effectief alleen in W-Vl voorkomt. Het wordt overigens met een verkorte ‘eu’ uitgesproken – vgl. jeuken (lange eu) vs. da jeukt (korte eu) – vandaar de andere spelling ‘jukte’.
zereloper
Een zereloper was iemand die, meestal voor een goed doel geld inzamelde, enigszins vergelijkbaar met gesponsord lopen… nu. Hij was gekleed in fel gekleurde, nauwsluitende narrenkledij en met een zotskap en behangen met belletjes.
Hij liep van deur tot deur en mocht niet stilstaan. In de deuropening bleef hij ter plaatse lopen terwijl hij schudde met een metalen bekertje en wachtte op een aalmoes.
Er waren ook wel eens ’nep-zerelopers op pad.
(ca. 1938-40 Brugs Ommeland/Zwevezele-Hille
“Op trot” is een rubriek in Iedereen Beroemd, dus ik zet het maar op GV.
Welkom Val_Schoo. Enig idee waarvan dat woordje plekoep komt? Ik vind er niet direct goegels van, maar misschien zijn er alternatieve schrijfwijzen?
Gaat het dan over dit: "Een ander element is „de zereloper‟. Hij is de man die tijdens kermissen en andere evenementen of op gewone doordeweekse dagen van dorp naar dorp liep en op die manier geld inzamelde. Het zou gaan om een zekere Van Daele uit Eeklo, die „met zijn kroeske de cafés afliep‟ (libstore.ugent.be)
Of deze: “En dan was er de ‘zereloper’. Dat was een man die nooit mocht stilstaan. Hij liep of huppelde rond tussen de kermisvierders, collectebus in de hand.” (erfgoedaalter.files.wordpress.com)
Dat blijkt inderdaad een afzonderlijke betekenis te zijn waarvoor een apart lemma kan aangemaakt worden. Alhoewel bovenstaande voorbeeldes en de getuigenis van Amafot wel een indicatie geven, ken ik de figuur van de zereloper onvoldoende om het lemma aan te maken. Dus Amafot, gaat uw gangen…
zereloper
Als kleuter was ik bang voor een ‘zereloper’, een hardloper, zeer kleurig gekleed en met belletjes behangen, die van deur tot deur liep en ter plaatse bleef lopen terwijl hij schudde met zijn collectebus tot er iets werd ingestopt.
https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2023/01/22/hoe-politici-almaar-vaker-doods-bedreigingen-krijgen/ In de laatste topic onder de titel "Geen tussentaal in “Verhaal van Vlaanderen”’’ hekelt Geert Bourgeois de taal van Tom Waes in Het verhaal van Vlaanderen. Geert Bourgeois stelt dat Waes een “een soort algemeen Antwaarps” spreekt. Dat is niet waar, hij spreekt weliswaar met een Antwerpse tongval de Vlaamse tussentaal, kortweg Vlaams. Verder wordt terecht de discrepantie aangehaald tussen de SN-taal die anderstaligen leren en de taal die de Vlaming gebruikt. Bourgeois hoopt dat hierover vragen in het Vlaams parlement komen, maar het antwoord van Ivan De Vadder slaa(g)t de nagel op de kop: “Spijtig genoeg voor veel anderstaligen zullen de meeste van die vragen ook in de tussentaal worden gesteld. In dat opzicht is het Vlaams Parlement het perfecte spiegelbeeld van de Vlaamse samenleving.” Merkwaardig dat Bourgeois, voorvechter van de Vlaamse identiteit, niet tolereert dat er Vlaams gesproken wordt in Het verhaal van Vlaanderen. Nu gij!
Wordt overigens ook in NL als tussenwerpsel gebruikt, dus ik zet het op SN.
Welkom Sophiadr. Lol is internationale chat- of sms-taal, dus ik zal het op SN zetten. Ge vindt het ook in NL: http://www.sms-taal.nl/
Ochot, twee spamlemma’s door dezelfde persoon onder twee aliassen. Maar waarom?
Zou wel eens kunnen. In dat geval staat doen voor spelen of het werkwoord voor het spelen:
spellekes doen: spellekes spelen/doen
omtereerst doen: omtereerst spelen/lopen
bellekentrek doen: bellekentrek spelen/doen
kaarten doen: (met de) kaarten spelen/kaarten
driekoningen doen: driekoningen spelen/zingen
toneel doen: toneel spelen
quiz doen: quiz spelen/quizzen
voetbal doen: voetbal spelen/voetballen
Misschien heeft het te maken met het feit dat een spel een soort imitatie van echte dingen is, het doen alsof. ’t Is maar een gok.
Alhoewel we ook zeggen:
Ik doe boekhouden. (Op de vraag wat is uw beroep of wat doet gij?)
Ik doe boekhouder. (Op de vraag wat studeert gij of wat doet gij op school?)
De eerste voorbeeldzin zou ik niet kunnen zeggen, maar de tweede lijkt mij algemeen Vlaams. Ik vermoed dat het over twee verwante maar verschillende fenomenen gaat, en ik zou zelfs verder durven vermoeden dat het tweede fenomeen meestal op een spel gericht is.
“Wie doet er mee spelen?”
“Wie doet er mee omterteerst (lopen) tot aan den boom en terug?”
“Wie doet er mee bellekentrek?”
Terwijl dat ge niet zo rap “Wie doet er mee kuisen?” zou zeggen, ondanks dat de zin grammaticaal correct is.
Het is toch wel ambetant eigenlijk dat er geen Vlaams alternatief voor ‘zich’ is. Ik ging het lemma eerst ‘tingelen, hem ~’ noemen (of ‘tingelen, heur ~’, …), maar dat komt bizar over. Misschien is het gewoon door een gebrek aan gewenning. In andere talen lossen ze soortgelijke problemen in hun woordenboeken op door effectief consequent dezelfde werkwoordsvorm als referentie te gebruiken. Voor ons zou het dus in se ook moeten kunnen, met de kanttekening dat westelijk en oostelijk Vlaams een beetje in de clinch liggen of het nu ‘hem’ of ‘zijn eigen’ is. De kortere vorm is natuurlijk de beste, maar overtuigt die Brabanders daar maar ne keer van.
Welkom bij de VW, Amafot. Als er iets is dat ge aan het lemma wou aanpassen of toevoegen, is er waarschijnlijk iets misgegaan, want er is zo te zien niks veranderd.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.