Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
sproeien
es ’t lank neet geraegent houw moogde veer neet miea sjpreuie in der gaard / als het lang niet geregend had mochten wij niet meer sproeien in de tuin
sproeien
es ’t lank neet geraegent houw moogde veer neet miea sjpreuie in der gaard / als het lang niet geregend had mochten wij sproeien in de tuin
ruziemaken
worom sjtried geer uch zoea, broor en zuster / waarom maken jullie zo’n ruzie, broer en zus
schotel, bord
ook: ‘schuttel’
de scheutels: de vaat
de scheutels doen: de afwas doen
zie ook: scheuteldoek of schutteldoek
in Limburg: sjottel mv: sjottele dim.: sjöttelke
Na het eten gaan we de scheutels afwassen.
spullen, rommel, troep, zooi
auw gezitte, laeg flaesje, kapotte sjteul: auwe kroam. / oude kranten, lege flesen, kapotte stoelen: ouwe zooi.
zie ook voetsjmiete
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.