Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
iemand met een dikke nek, blaaskaak
soms ‘blagueur’ gespeld
→ Fr. blagueur > blague (grap, mop)
zie ook blagaai, blaze, wiestergaai, stoefer
Die man met zijn Jaguar is toch wel een blaheur.
Ik maakte trouwens altijd hetzelfde grapje tegen hem. Dat hij een blageur (Gents voor opschepper, LID/TP) is. Dat hij opschepte met zijn boot, maar dat ik die nooit te zien kreeg." (demorgen.be)
In het wielertijdschrift Bahamontes noemde uw vrouw hem onlangs een ‘blagueur’. (demorgen.be)
iemand met een dikke nek, blaaskaak
soms ‘blagueur’ gespeld
uitspraak: blaheur
→ Fr. blagueur > blague (grap, mop)
zie ook blagaai, blaze, wiestergaai, stoefer
Die man met zijn Jaguar is toch wel een blaheur.
Ik maakte trouwens altijd hetzelfde grapje tegen hem. Dat hij een blageur (Gents voor opschepper, LID/TP) is. Dat hij opschepte met zijn boot, maar dat ik die nooit te zien kreeg." (demorgen.be)
In het wielertijdschrift Bahamontes noemde uw vrouw hem onlangs een ‘blagueur’. (demorgen.be)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.