Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
(tweewielige) kar (in tegenstelling tot de wagel, die 4 wielen heeft)
vgl. honskaar
Aan de kaar trekken (een project op gang proberen te krijgen door zelf het zware werk te doen)
mannetjeseend, woerd; (ook) strontje op het oog
Van iemand met een weenderik zegt men “hij heeft in het kaarspoor gepist”.
landweg, onverharde weg
andere regio’s?
Daar geraak je niet met de wagen door, dat kaarspoor is te smal.
Hij heeft in het kaarspoor gepist, zegt men van iemand met een weenderik.
mannetjeseend, woerd; (ook) strontje op het oog
Van iemand met een weenderik zegt men “hij heeft in het karspoor gepist”.
achterste van een gans, ganzenkont; koket jong meisje, draaigat
Dat ès mich ’n gaazekont, daaj! (dat is een behaagziek wicht!)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.