Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
Dit is slechts 1 definitie voor "bedding, eigen ~." Bekijk alle definities.
het is het gedeelte van de weg dat alleen door trams, treinen of bussen, wordt gebruikt, een soort aparte spoorlijn of gereserveerde rijstrook
zie ook bedding; verzamellemma wegcode
Van Dale 2014 online: Belgisch-Nederlands, verstevigde of verhoogde strook grond waarop een spoor- of tramlijn aangelegd is
De TGV rijdt over een eigen bedding.
De trams in Antwerpen sporen over een eigen bedding, sommige in het midden tussen 2 dubbele rijbanen (rijbaan).
tram- of busbaan
Ik zou zelf ‘in een eigen beding’ zeggen ipv ‘over een eigen bedding’. Taaladvies.net die het als standardtaal in België bestempelt, spreekt in de voorbeelden ook over ‘in’.
Anderzijds zijn er ook heel veel googlementen van ‘over een eigen bedding’. Dus blijkbaar alletwee.
Is bedding in sommige regio’s mannelijk?
Bij mijn weten is een bedding, van de tram of van een rivier, altijd vrouwelijk.
Niet in Wvl alleszins: http://vls.wikipedia.org/w/index.php?title=Specioal%3AZoeken&profile=default&search=beddienge&fulltext=Search
Zijn woorden met achtervoegsel -ing niet altijd vrouwelijk?
m./v.
In de Kempen worden nogal wat woorden met een vr. geslacht m. worden gemaakt en vice versa.
vb. de parking is volzet > hij is volzet, zij is volzet.
vb. de tram rijdt over zijn bedding: klinkt heel normaal voor ons
de tram rijdt over haar bedding…
Ok, zeggen jullie dan ook “nen bedding”? Bij leenwoorden kan ik dat overigens nog enigszins vatten (parking, building, living…). Ook in Vlaams-Brabant durven we wel eens “den building” zeggen.
Hebben de gewesten in VL onderling ook weer verschillende geslachten?
Dat kan wel eens gebeuren, LG. Over naar DD, Gryt, of anderen…
‘den building’ zeggen wij ook.
‘Den tram rijdt in zijn bedding’ klinkt in Antwerpen ook heel normaal want tram is mannelijk ;) Dat voorbeeld is waarschijnlijk een vergissing.
Maar zegt ge: ‘er is een nief bedding aangelegd voor den tram’ of ‘er is nen nieven bedding aangelegd voor den tram’?
Regels uit Zuid-Oostvlaams idioticon:
appelnamen: bn. -ink m.
-elink (verkleining): ficheling (afgeficheld stukje), kappeling (afgekapt stuk), rapeling (iet opgeraapt), schaifeling (afgeschilferde brok), snijling (afgesneden stuk), snippeling, snutteling, sprokkeling
-inge v. (met de waarde van een infinitief: het ~): de wandeling, de rammeling, aardbeving, vereniging (het verenigd zijn), vergadering
-inge v. (verzamelnamen zonder meervoud): bedding, keldering, slaping, zoldering, brokkeling (al het gebrokkelde), kappeling (al t), snijling (alt – vgl snijlink), snutteling, etc
-inge v. (plaats waar): stalling (waar men stalt), wandeling (plaats waar man wandelt), weuning (plaats waar men woont)
waarom “bedding” onder die regel valt is mij niet duidelijk
leenwoorden op -ing worden in dit systeem -ink: puddink, waar “bildink” dus ook in past
tot nu toe is er echter niets waarop wijst dat “bedding” m. kan zijn, tenzij een van deze kloppen
-nen bedding
-den bedding
-diejen bedding / dienen bedding
-nen anderen bedding
-genen bedding
m. + v. worden gebruikt, ook door mekaar.
Hij rijdt op dien nieven bedding. Hij rijdt op die nief bedding.
Die bedding ligt laagt. Dien bedding hebben ze verhoogd.
Genen bedding is onderbroken. Oppassen als ge over die bedding rijdt.
Toch raar mannen die Kempenaars precies…
Ook: oppassen als ge over dien bedding rijdt.
v(m) dan maar!
Grytolle,
“Waarom bedding onder die regel valt is mij niet duidelijk” Ik weet het ook niet natuurlijk, maar bij De Bo is het idem: Bedding(e) v. collectief. Alles wat een bed uitmaakt, matras, stroozak, en het deksel ( …) Hij spreekt niet van de bedding van een rivier, waarschijnlijk omdat het SN is.
In vd bij – ing staat wel een regeltje: achtervoegsel waarmee van ww. zn. worden gevormd die betekenen: het verrichten van de door het grondwoord bedoelde handeling; de betekenis van de afleidingen op -ing is vergelijkbaar met die van gesubstantiveerde infinitieven: het aanvaarden, het invriezen, het innemen ( …)
volgt een lange lijst met woorden op ing waar bedding niet instaat, maar bij de definitie van bedding geeft vd als etymologie: van ‘bedden’ (neerliggen, plaatsen). Bedding zou dus de handeling zijn van het werkwoord bedden en daarom vrouwelijk.
(Bij – ing staan ook de Engelse leenwoorden: parking enz).
Was er geen gelijkaardige discussie met lochting?
ah, ze bedoelen dan “alles wat dient om te bedden”
ik begon van de zomer eens alle woorden in VD te overlopen die op -ing eindigen, maar ik kan dat document niet meer terugvinden :(
Daar moet ge eigenlijk een retrograde woordenboek voor hebben. Maar ik ken er online NL geen. Wat ook kan helpen is een rijmwoordenboek en dan zoekt ge rijmwoorden op ing.
Maar volledig is dat bijlange niet.
-ing en mannelijk: ~ling: lieveling, zonderling, ouderling, jongeling,…
En onz. : het ding, het beding, het geding, …
nee, da was geen probleem :) In den elektronischen Dikken kunde met wildcards zoeken, dus gewoon *ing intikken. Ik deed het echter met ?ing, ??ing etc, zodat ik niet alle samenstellingen derbij kreeg
er is inderdaad een suffix ing/(e)ling waarmee da ge (mannelijke) personen vormt, daarbij kunde ook “koning” tellen als ik het mij goed herinner
ik zal nog ne keer zoeken als ik thuis ben :)
-ling valt niet te verwarren met -ing. -ling is steeds mannelijk geweest, ook dus zo in het Oergermaans (*-ilingaz).
Ik geloof er verder geen snars van dat een doorsnee Antwerpenaar “nen bedding” zegt :)
Als ge de jonkheid erbij pakt zegt die gemiddelde Antwerpenaar tegen vanalles en nog wat hij. De geslachten der woorden smelten als ne frisco in de micro. Maar ze zijn, gezien de discussies hier, altijd al aan verandering onderhevig geweest.
En regeltjes die onder invloed van nieuwe woorden onder druk staan: building, pudding, …
En zoals Fansy zegt: in de Kempen zijn het raar mannen ;)
Is het dan niet beter dat we het als enkel v. in de hoofding zetten, en er onderaan als opmerking bijzetten: in Antwerpen ook wel m. Nu staat er immers “Gans Vlaanderen”.
Voor mijn part is dat goed, maar ik laat het aan fansy over…
Anderzijds is een dubbel geslacht dikwijls regionaal bepaald. Maar ge hebt gelijk: des te specifieker de info, des te beter.
LG, en ziet ge uzelf dan als een stoomtrein (overigens mannelijk)? Toet-toet. Uw psychiater zal er graag Freud nog eens op naslagen…
P.S. Hoe simpel is een pet van een kwartje? Ik kan me daar namelijk niks bij voorstellen omdat ik dat niet ken.
Toet toet, er gingen pertang vijf frangen in een kwartje.
Dat zegt toch wel wat.
Ja, een kwartje dat ken ik wel. Maar een pet van een kwartje? Moest ik dat letterlijk in een VL uitdrukking vertalen: zo simpel als een klak op een frank.
Een klak op een halve frank, dat is wel duidelijk: op die koperen muntjes stond de beeltenis van een mijnwerker met een helm op, dus van een helm een klak maken is heel simpel.
Ingelogde gebruikers kunnen reacties aan deze definitie toevoegen.
Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.