Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    chauffage

    Dit is slechts 1 definitie voor "chauffage." Bekijk alle definities.

    chauffage
    (zn. v./m., ~s, ~en)

    centrale verwarming
    Van Dale 2017:BE; spreek­taal

    DS2015 geen standaardtaal (ondanks bloemlezing onder)

    Zie ook chauffagist

    Ik ga de chauffage wat harder zetten want ik bevries van de kou.

    bloemlezing De Standaard:
    De chauffage gaat uit, net als het licht. Het gras rond de kazernes wordt niet meer regelmatig gemaaid.(standaard.be)
    De wereldkampioen werd derde, achter zijn Tsjechische ploegmaat Petr Dlask, die zich in de perszaal aan de chauffage kwam warmen. (standaard.be)
    In de propere zone van de melkkeuken schilfert onder de chauffage wat verf af en vertoont de voeg tussen muur en vloer enkele defecten.(standaard.be)
    enz.

    > andere betekenis van chauffage

    10 reactie(s)  |  oudere versies
    Toegevoegd door aliekens en laatst gewijzigd door de Bon (11 Aug 2021 01:41)
    Dit woord was woord van de dag op 01 Nov 2010

    👍
    485

    Reacties

    chauffage

    é marcelleke meer aan doen, da hulpt.

    Toegevoegd door bastos op 01 Nov 2010 13:37

    onzijdig

    Op sommige plaatsen in de Kempen wordt chauffage, buiten mannelijk, ook als onzijdig beschouwd.
    vb.
    ’t Chauffage springt zo rap op, het wordt zeker kouder buiten.
    Zet ’t chauffage es af, het is warm genoeg.
    Er zat geen water meer op ’t chauffage

    Toegevoegd door fansy op 15 Sep 2012 04:53

    Interessant!

    Spreekte ’t uit als sjoffaasj of als sjoffaazje?

    Blijft de ’t als ge een adjectief tussenschuift en wordt het adjectief vrouwelijk of onzijdig verbogen? ‘t groot chauffage of ’t grote chauffage of de grote chauffage?

    Toegevoegd door Grytolle op 15 Sep 2012 16:10

    Ik las ook ergens dat iemand het uitsprak als “sauffage” met een s, en dat dat de ‘normale’ dialectuitspraak zou zijn ipv chauffage met een sj.
    (ik heb sauffage echter nog nooit eerder gehoord)

    Is de vorm met ‘gewone’ s nog meer mensen bekend?

    RE: de/‘t: ik zou zelf altijd "de chauffaag’" zeggen, maar ’t chauffage klinkt inderdaad ook niet 100% fout in mijn oren, ttz ik zal het al wel meer horen zeggen hebben.
    (Mss omdat ik vrienden in de Kempen heb gehad? dunno)

    Toegevoegd door Diederik op 15 Sep 2012 21:03

    Bij ons komt /?/ aan het begin van een woord eigenlijk nauwelijks voor, behalve misschien in chocla, al zeggen sommigen ook ‘sokla’. Een handtas is bijvoorbeeld een sakosse. Mutatis mutandi is de /?/, die nog lastiger is, meestal een /z/. In de Zwalmstreek bijvoorbeeld worden mensen Zean-Marie of Zeanne genoemd. Die fonemen en hun bijbehorende affricaten zijn voor het Nederlands eigenlijk redelijk exotisch, en velen, inzonderheid oudere mensen, hebben er dan ook moeilijkheden mee. Zo is er een notoire jaarlijkse quiz van een zoggingclub, die steevast door iemand gepresenteerd wordt die geen van beide kan uitspreken.

    Toegevoegd door Rodomontade op 16 Sep 2012 00:59

    uitspraak is: sjoffaasj
    Bij een adjectief dat wordt tussen gevoegd, wordt ’t, de.
    vb. de koude chauffage

    ‘t chauffage is koud, zij is koud en ook hij is koud
    ’het is koud’ wordt hier niet gebruikt

    Toegevoegd door fansy op 16 Sep 2012 14:55

    ok!! ik zal het dus toevoegen in de lijst :)

    Toegevoegd door Grytolle op 16 Sep 2012 16:09

    De sofoaze is dat in mijn streek. Spreek uit: /so?f??z?/. De meeste van die onzijdige vormen klinken mij zeer Antwerps in de oren. ’t School — ja, dat wel, maar ’t fabriek, ’t chauffage? Komt allemaal niet voor in Zuid-Oost-Vlaanderen.

    Toegevoegd door Rodomontade op 16 Sep 2012 18:27

    Nen Oost-Vlaming uit Gent (denk ik) heeft mij ne keer gezegd dat ’em ’t kan gebruiken bij alle vrouwelijke woorden, wat ik een beetje betwijfelde, maar wijst er toch op da ’t nie uitsluitend antwerps kan zijn

    Toegevoegd door Grytolle op 16 Sep 2012 20:03

    Hmm, kan wel wezen, maar voor mij is dat iets zeer ongewoons. Met Gents ben ik enigszins vertrouwd; ’t woorst voor de worst of ’t veurdeure voor de voordeur kan ik mij niet voorstellen. Maar ik wil wel geloven dat dat in de meer Brabantse dialecten zeer ingeburgerd is.

    Toegevoegd door Rodomontade op 16 Sep 2012 22:31

    Voeg een reactie toe

    Ingelogde gebruikers kunnen reacties aan deze definitie toevoegen.

    Log in

    Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

    Uw gebruikersnaam
    Uw geheime paswoord

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.