Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
klippel- kluppel
Ik denk dat de Kleine Neet – die loopt van Arendonk naar Lier – min of meer de grens vormt tussen de verschillende uitspraken van de /u/. “Kluppel” is in Lille, Vorselaar, Pulle… een knuppel, in de zin van “stuk hout” en ook van “domme man”.
Ten zuiden van de Kleine Neet spreekt men op veel plaatsen de /u/ als een /i/ uit: een /schipke/ (schupke), een /pitteke/ (putteke). Het verschijnsel is trouwens algemeen in de provincie (Belgisch) Brabant, vooral in de streek rond Leuven en Brussel. Ook de lange /uu/ wordt daar dikwijls /ie/ uitgesproken: bv. /grien/ i.p.v. /gruun/.
Maar het is een zeer complex thema, want het verschijnsel doet zich bij mijn weten niet of minder voor in het oosten van Brabant (Aarschot, Diest)… Het is dus erg verward, niet in het minst door de vermenging van dialecten gedurende de laatste halve eeuw. Op een plaats waar heel veel mensen uit allerlei plaatsen bijeenkomen zoals in de stad Antwerpen worden daardoor die typisch regionale varianten uitgevlakt. Ook de invloed van het AN via school en media spelen daarin een grote rol.
Volgens VD zou dit woord “verouderd” zijn maar blijkbaar wordt het in West-Vlaanderen nog gebruikt.
Er was reeds maalplag in het VW.
Ik denk ook dat men dit zegt in Oost-Vlaanderen.
In de standaardtaal in Belgiƫ komen ook samenstellingen met piloot- voor als alternatief voor woorden met proef-, model- of voor-. In de standaardtaal in Nederland worden in zulke gevallen samenstellingen met pilot-. (http://taaladvies.net/)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.