Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Als “sneken” ook buiten Limburg voorkomt, kunt ge beter “gesneekt” schrijven. In mijn dialect valt de eind-t in ieder geval weg na een medeklinker (behalve na l, n, r): gesneek, gesnoep, verwaach; gewild, gedond, geboerd
Staat al sinds 1864 in deze betekenis in Van Dale, is m.i. AN.
over keutelkes en leem
In Haspengouw zegt men: “daar zal hij ook geen dikke keutelkes van kakken” of “geen dikke hopen van schijten”. (zowel op eten als op financiën van toepassing)
Het tegendeel bestaat ook (gezegd van iemand die uiteindelijk wél voldoende krijgt): dan zult ge morgen geene leem meer schijten! (allusie op weidedieren die zo weinig te grazen hebben dat zij meer aarde (‘leem’) dan gras naar binnen krijgen)
In (Zuid-)Limburg is de uitspraak eerder “sjaosaar” (zelfde klinker als in Zjao = (Fr.) Jean)
Moest zijn: varen, dat gaat u ~. Jiet voerde eerder ook al vaart, dat ~ in. Zie ook: varen, zo moet ge ~. Hebben we ze nu allemaal? :-)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.