Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Reacties van petrik

    casserole

    Elders veelal kastrol, maar “kas(se)rol” zal daar ook wel kunnen. Hoe dan ook: dit woord lijkt me niet beperkt tot WVl.

    Toegevoegd door petrik op 04 Feb 2010 18:00

    matras

    Ik bedoelde “commuun genus”. Haastige spoed …

    Toegevoegd door petrik op 04 Feb 2010 17:52

    matras

    genus commune

    In Vlaanderen hebben we een heel ander (ik durf niet zeggen: veel beter) genusgevoel bij de substantieven dan de Nederlanders omdat het Vlaams en het Nederlands niet dezelfde taalevolutie gekend hebben. Zo is het Vlaams, net als het Frans, de accusatiefvorm van de substantieven in nominatiefpositie gaan gebruiken (Zie o.a. Wikipedia onder “accusativisme”). Een voorbeeld: in het Frans valt het woordaccent bij substantieven op de laatste lettergreep, dus “papillón”, omdat het de verkorting is van de oude accusatief “papilionem”. Tussen haakjes: in Limburg zegt men “piepel” of iets dergelijks, wat erop wijst dat dit woord niet uit het Frans, maar rechtstreeks uit het Latijn papilio is overgenomen; zie ook https://fuzzy.arts.kuleuven.be/rewo/vlinder.htm.
    Een en ander maakt dus dat wij aan de uitgang van een lidwoord of adjectief bij een substantief kunnen horen wat het genus van dat woord is. De evolutie in Nederland is enigszins vergelijkbaar met die in enkele Scandinavische talen, waar men spreekt van een “genus commune”, een gemeenschappelijk geslacht naast het onzijdig. Zie ook hier wikipedia (commun genus, common gender).
    Sorry, ik moet weg.

    Toegevoegd door petrik op 03 Feb 2010 16:32

    slaperke

    lèèpe - slop

    Mijn vader had het in dit verband steevast over “lèèpe èn d’ooge hébbe” (lepen in de ogen), maar dit verwijst volgens mij naar oogvocht of pus dat zich bij bepaalde oogziekten (vgl. leepoog) manifesteert. Het gewone woord was ‘slop’: doêt de slop aut z’n ooge! (zoals Ned. ‘slaap’, dus)

    Toegevoegd door petrik op 03 Feb 2010 14:10

    stukken, te ~ vaneen

    In Haspengouw: te sjelveren vaneen (aardewerk e.d.), te fledderen vaneen (kledingstukken, stoffen).

    Toegevoegd door petrik op 02 Feb 2010 15:32

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.