Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
t doe maar alsof
(oudgermaans *skankian- zwak, vgl oudnoords skenkia -ti, ook Mnl nog dikwijls zwak; vgl ook het ww “zenden”)
NĂ ni’ zwaenzen e Grytolle ;) zwakke werkwoorden hebben nooit genen umlaut gehad tussen 2/3 enkelvoud en de rest… alleen voor vichten en smilten zou da (bezwaarlijk) kunnen opgaan hoewel mij da ni waarsch lijkt, maar voor de rest ni..
Blijkbaar al oud dan inderdaad, maar ook andere Vlaamse/Brabantse e > i voor ng/nk zijn al middelnederlands gelijk bringen (ipv brengen), dinken (denken) die (alsketmijgoedherinner) ook al bijv. bij Hadewijch enz voorkomen. Of voor andere medeklinkers vichten (vechten), smilten (smelten). Al zijn een aantal dervan waarsch. ondertussen wel al verdwenen uit veel streken.
Maar historisch gezien is in al die gevallen de ‘e’ wel ouder dan de ‘i’, ook bij ‘schenken/schinken’.
Waarom past ge hier het geslacht van “kraam” toe op het woord “misval”?
Val in de betekenis ‘het vallen’ is mi. mannelijk; een val gelijk bijv. ne put met daar takken en bladeren over om iemand in te vangen is mi. vrouwelijk.
Daaruit zou volgen dat ‘misval’ dus ook mannelijk zou zijn ‘ne misval’ maar aangezien ik het woord zelf niet ken laat ik dat nog even open voor de ‘experts’
opportimist? mengeling tussen opportunist en optimist?
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.