Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    Woorden die beginnen met 'ka'

    1. kaa (68)
    2. kab (27)
    3. kac (2)
    4. kad (35)
    5. kae (6)
    6. kaf (13)
    7. kah (1)
    8. kaj (11)
    9. kak (64)
    10. kal (66)
    11. kam (35)
    12. kan (81)
    13. kap (69)
    14. kar (76)
    15. kas (96)
    16. kat (69)
    17. kau (1)
    18. kav (9)
    19. kaw (1)
    20. kaz (22)

    De volgende 699 termen in onze databank beginnen met 'ka':

    KA
    kaai
    kaaien
    kaaihet
    Kaaimanbelasting
    Kaaimantaks
    kaak
    kaake
    kaakslag
    kaakslagbelgicisme
    kaakslagflamigantisme
    kaakslagflamingant
    kaakslagflamingantisme
    kaal
    kaal, van een kale reis terugkomen
    kaantjes
    kaantjessaus
    kaap
    kaapis
    kaar
    kaarkesvolk
    kaarlues
    kaars, mijn ~ is uit
    kaars, zich aan een gewijde ~ verbranden
    kaarsbranding
    kaarsenpan
    kaarsjespisser
    kaarskeschiet, iets van ~
    kaarspoor
    kaarsriet
    kaarsroet
    kaarswiek
    kaart, de ~ trekken van
    kaart, een ~ opmaken
    kaart, grijze ~
    kaart, met de ~ betalen
    kaarten op tafel
    kaarten, daar kan je op ~
    kaartersclub
    kaartershuis
    kaarterslokaal
    kaarterstafel
    kaarting
    kaartje, een ~ trekken
    kaartjesgaren
    kaartjesknipper
    kaartprijskamp
    kaas
    kaas- en wijnavond
    kaas, de ~ van tussen uw brood laten halen
    kaas, uwe ~ laten
    kaas, zo rot als ~
    kaasaffineur
    kaasavond
    kaasendoemper
    kaaskant
    kaaskop
    kaasroute
    kaasschaafprincipe
    kaasschenkel
    kaasschotel
    kaastaart
    kaat
    kabaan
    kababbel
    kabadaster
    kabas
    kabas, iemand ne ~ geven
    kabassen
    kabba
    kabbelen
    kabberdoeske
    kabeelen
    kabeljauwogen
    kabernaa
    kabernet
    kabiebassen
    kabientje
    kabine
    kabine, iemand nen trok in zijn ~ geven
    kabinet
    kabinetchef
    kabinetsadviseur
    kabinetsattaché
    kabinetschef
    kabinetsraad
    kabinetstukje
    kabuizen
    kacheluitwaseming
    kachtelgat
    kadaster, gekend ten ~
    kadastraal inkomen
    kaddemie
    kade
    kadee
    kadee, dat is ~
    kadei
    kadeil
    kader
    kaderen
    kaderen in
    kaderen, iets om in te ~
    kaderment
    kaderstuk
    kadet
    kadijs
    kado doen
    kadodder
    kadotteren
    kadrement
    kadukelijk
    kadul
    kadul slaan
    kadullig
    kaduuk
    kaeke
    kael
    kaelke
    kaelsluu
    kaerbeusjtel
    kaeren (kaere)
    kaf, in zijn ~ liggen
    kaffe
    kaffebeus
    kaffeebeus
    Kaffeegieter
    kaffezjo
    kaffie
    kaffiebal
    kaffielutte
    kaffiezatte
    kafkieken
    kaft
    kafzak
    kahoele
    KAJ
    kajanken
    kajauwen
    kajieten
    kajoebereer
    kajoenkelen
    kajonkelen
    kajotster
    kajotter
    kajut
    kajuut
    kak
    kak aan zijn gat hebben
    kak of gene kak, de pot op
    kak van Maria
    kak, dat is andere ~
    kak, elk ~je in een zakje
    kak, gene kouwe ~
    kak, komen gelijk grote ~
    kak, met ~ in de broek
    kak, uwe ~ inhouden
    kak, zijne ~ inhouden
    kak, zijne ~ intrekken
    kaka
    kaka doen
    kakbruin
    kakdoek
    kake
    kakelen kan iedereen maar eiers leggen niet
    kakelnest
    kaken, rode ~ krijgen
    kakenest
    kakfiets
    kaki op straat
    kakilaar
    kakkebeulleke
    kakkeboon
    kakkebroek
    kakkedore
    kakkelatje
    kakkeman
    kakkemenne
    kakkemotjes, ergens ~ rond maken
    kakken in onze schoen
    kakken op
    kakken, hoger ~ dan zijn gat
    kakken, in zijn broek ~
    kakken, niet achter zijn hielen kunnen ~
    kakken, niets anders doen dan eten en ~
    kakken, over uw tong ~
    kakkenest
    kakkepamper
    kakker
    kakkerie
    kakkermoikkes
    kakkernest
    kakkershoek
    kakkestoel
    kakkestront
    kakkewalk
    kakkewalk, het is precies ne ~
    kakkewiet
    kakmadam
    kakmamzil
    kakmentjes
    kakmobiel
    kakpamper
    kakschool
    kakske, een ~ doen
    kakske, lachend ~
    kakstoel
    kaktanden
    kal
    kal mer plat
    kal, aan de ~ komme
    kal, sjaele ~
    kalandieze
    kalandizie
    kalant
    kalantekaart
    kalderbees
    kale reis, van een ~ terugkomen
    kale reis, van een ~ thuiskomen
    kalee
    kaleien
    kalender
    kaleren
    Kales, het nauw van ~
    kalf
    kalf, daar ligt het ~ gebonden
    kalfs
    kalfsblanket
    kalfskoek
    kalfslas
    kalfsleder
    kalfspoot
    kaliche
    kalichehout
    kalichewijn
    kalinkelen
    kalinker
    kalinkeren
    kalinne
    kalisieklutser
    kalisjenhout
    kalisse
    kalissen
    kalissenhout
    kalissestok
    kaljaster
    kaljen
    kalk
    kalkaar
    kalkeerpapier
    kalken kop
    kalkerneilige
    kalkoen, ergens naar uitzien als een ~ naar Kerstmis
    kalkspray
    kalle
    kalle met de haak
    kalleien
    kallekot
    kallen
    kalliesjeklutser
    kalmeermiddel
    kaloemerke
    kaloes
    kaloot
    kalot
    kalote
    kalotteke
    kalpei
    kalut
    kalverkruier
    kamant
    kamazool
    kambed
    kambeuze
    kamelot
    kamer van inbeschuldigingsstelling
    Kamer van Volksvertegenwoordigers
    Kamer, de ~
    kameraad Porsche
    kameren
    kameroed
    kamersupplement
    kamikaze
    kamikaze-actie
    kamikazecoalitie
    kamikazeregering
    kamion
    kammelot
    kammezöälke
    kamp
    kamp aan boord
    Kamp, het
    kamp, van ~ veranderen
    kamp, zijn ~ doen
    Kampenaar
    kamperen voor de schoolpoort
    kamperen, de prijzen ~
    kampernoelie
    kampernoelje
    Kampfschwein
    kampioen zijn is plezant
    kampmoeder
    kampsite
    kampwissel
    kampwisseling
    kan
    Kanaalplan, het ~
    kandidaatsdiploma
    kandidatuur
    kandidatuur, zijn ~ indienen
    kandidatuur, zijn ~ stellen
    kandidatuurstelling
    kane
    Kanegem, van ~ komen
    kaneunnevogel
    kangoeroeklas
    kangoeroewonen
    kangoeroewoning
    Kanipoupolos
    kanker, kom op tegen ~
    kannasière
    kannen
    kanner, eerste ~
    kannibaal, de ~
    kanollievogel
    kanon, aan het ~ staan
    kanonbal
    kanong
    kanongebulder
    kansarmoede
    kansel
    kanseliersbonus
    Kansspelcommissie, de ~
    kant
    kant, aan ~ zetten
    kant, aan de ~ doen
    kant, aan den ene ~
    kant, aan gene ~
    kant, de ~en afdoen
    kant, een vogel in de hand is beter dan 10 in de ~
    kant, er de ~jes (van) aflopen
    kant, er de ~jes (van) afrijden
    kant, geen ~ aan iets of iemand krijgen
    kant, langs de andere ~
    kant, langs de ene ~
    kant, langs de ene ~, langs de andere ~
    kant, uit de ~ komen
    kant, van ~ gaan
    kant, ver(der) van ~ staan
    kant, voor de verkeerde ~ zijn
    kant, wijd van ~ staan
    kant, wijd van ~ zijn
    kant, zijn eigen aan ~ houden
    kant, zijn eigen van ~ maken
    kant, zijne ~ afrijden
    kantelcliquet
    kantelmoment
    kantelpoort
    kanten, aan geen ~ deugen
    kanten, achter hoeken en ~
    kanten, geen ~ raken
    kanten, in bossen en ~
    kanten, in hagen en ~
    kanten, langs alle ~
    kanten, langs geen ~
    kanten, met ~ en bouten
    kanten, op geen ~ trekken
    kanten, van welke ~
    kantien
    kantje
    kantje boordje
    kantje, ’t ~
    kantjesvolk
    kantoorbuilding
    kantoorgerief
    kantoorplakker
    kantsuiker
    kantuit
    kantwit
    kanwiel
    kap
    kap, aan de ~ liggen
    kap, iets van zijn ~ schudden
    kap, onder de ~ fezelen
    kap, op de ~ van
    kap, op iemand zijn ~ zitten
    kapbijl
    kapblok
    kapel, aangetakeld van de ~
    kapel, een oude ~ moet versierd worden
    kapelanij
    kapellekensbaan
    kapellekes doen
    kapellekes, de ~ afdoen
    kapelletje
    kapelletjesbaan
    kapit geven
    kapitalisatiebon
    kapitein
    kapitein ter lange omvaart
    kapjus
    kapkerstel
    kapmantel
    kapmes
    kapneus
    kapoen
    kapoot
    kapoot, Engelse ~
    kapot
    kapot zijn
    kapot, beter een oude ~ gelijk een jonge bedorven
    kapotdoen
    kapotmakerij
    kapotneuken
    kapotperen
    kapotzjerre
    kapowee
    kappe
    kappelen
    kappen
    kappen, het er niet neffe ~
    kappen, op iemand of iets ~
    kappen, zich ergens laten voor ~
    kapper
    kappes
    kappestrang
    kappetunie
    kappewerker
    kapraai
    kapris
    kaproen
    kapruin
    kapstok
    kapstok, met een ~ in zijn kraag lopen
    kapsul
    kapsuul
    kapt me als
    kaptrui
    kapucienenknie
    kar, als ge wilt beren moet ge niet achter de ~ lopen
    kar, een ~ te groot
    kar, iemand tegen zijn ~ rijden
    kar, op de ~ springen
    kar, zijn ~ aanhangen
    kar, zijn ~ keren
    karaattaks
    karaboeja
    karakol
    karakterieel
    karakterlijn
    karamel
    karamel, oude ~
    karamellenvers
    karamellevers
    karamellig
    karboet
    karbonade
    karbuur
    karbuur, daar zit ~ achter
    karbuurkanon
    kareel
    kareelsteen
    kareetne
    Karel de Klucht
    karelen, naar binnen ~
    karikatuur
    kariko
    kariot
    karjakken
    karjotten
    karlees
    karmenade
    karmenei
    karmiangen
    karnasjeir
    karnemelkboerenhondenhaar
    karnepap, het zout in de ~ niet verdienen
    karnoffel
    karnolle
    karoën
    karoke
    Karolinger
    karoo
    karookespapier
    karoot
    karot
    karoten trekken
    karotentrekker
    karottentrekken
    karottentrekker
    karowen
    Karpaten, genie van de ~
    karrakol
    karreke, zich in een ~ zuipen
    karrekesvolk
    karremikkig
    karretje
    karrowen
    karslees
    karsouw
    kart
    kartasj
    kartel
    kartellijst
    kartelvorming
    karton
    karton melk
    kartouche
    kartus
    karuur
    karwei, een fysiek ~
    karzeel
    kas
    kas, alles uit zijn ~ halen
    kas, de ~ spijzen
    kas, een stuk in zijn ~ hebben
    kas, er zijn ~ aan vegen
    kas, het hoog in zijn ~ hebben
    kas, het is ~
    kas, iets in zijn ~ spelen
    kas, in zijn ~ slagen
    kas, kop in ~
    kas, op zijn ~ krijgen
    kas, uw ~ opvreten
    kas, uw ~ volspelen
    kas, zijn ~ afdraaien
    kas, zijn ~ leegrijden
    kasbon
    kasjes, met de ~ schieten
    kasjie
    kasjken
    kasjoebereir
    kaske
    käske, emes van ´t ~ noa de moer sjèkke
    kaske, iemand van ’t ~ naar de muur spelen
    kaske, iemand van het ~ naar de muur sturen
    kaske, in het ~ hangen
    kaske, op het ~ spelen
    kaskrediet
    kasp
    kaspesjeir
    kaspoesjeir
    kaspro
    kassa kassa
    kassa, witte ~
    kassaut
    kassei
    kasseibaan
    kasseidreef
    kasseien
    kasseien, over de ~ rollen
    kasseienetappe
    kasseienklassieker
    kasseienkoers
    kasseienlegger
    kasseienroute
    kasseienspecialist
    kasseientocht
    kasseienvreter
    kasseier
    kasseiheuvel
    kasseikapper
    kasseiken
    kasseiklassieker
    kasseikoers
    kasseilegger
    kasseirit
    kasseistamper
    kasseisteen
    kasseistoemper
    kasseistraat
    kasseistrook
    kasseivoorjaar
    kasseivreter
    kasseiweg
    kasseiwegel
    kasselrij
    kassement
    kassen
    kasserol
    kassiene
    kassier
    kassierster
    kassierster Deborah
    kassietsen
    kasstuk
    kast, drogen in de ~
    kast, ingemaakte ~
    kastaar
    kastanjeklop
    kastanjelaar
    kastebeier
    kasteel, het klein ~tje
    Kasteeldorp
    kasteelklas
    kasteelmoord
    kasteelwijn
    kastekind
    kasticket
    kastrol
    kastrol, oude ~
    kat, ~je spelen
    kat, als ons ~ een koe was
    kat, andere ~ten te geselen hebben
    kat, daar heeft geen ~ zaken mee
    kat, dat weet ons ~ ook
    kat, de ~ bij de melk zetten
    kat, de ~ is over tafel gesprongen
    kat, de ~ komt op de koord
    kat, dus een ~ is geen mus
    kat, een ~ een ~ noemen
    kat, een ~ in een zak kopen
    kat, geen ~
    kat, geen ~ die weet
    kat, grote ~
    kat, ne vogel voor de ~
    kat, nu komt de ~ op de koord
    kat, waar een ~ haar jongen niet in terugvindt
    kat, zijn ~ sturen
    kat, zo vals zingen als een ~
    kataloog
    katastroof
    kate
    kategoriek
    katerwetten
    kathedraalzeiker
    Katholiek Vlaams Hoogstudentenverbond
    katholiek, niet ~
    katholieker zijn dan de paus
    katijve
    katijvig,
    katje mie katje were
    katje spelen
    katjeduk
    katjes , de ~ in het donker knijpen
    katoen geven
    katrienerad
    katrienewiel
    katrol
    katsjoew
    katteballen
    kattejongen spuien
    katteken
    katteken de leste
    kattekop
    kattelam
    kattemoeier
    katten, het gaat ~ spauwen
    kattenbal
    kattengejank
    kattengeschrift
    kattenkop
    kattenkot
    kattenmadam
    kattenpastoor
    kattenpis
    kattentijd
    kattepad
    kattepis, gene ~ zijn
    kattepoestje
    kattepoot
    kattepul
    katterap,-pe
    kattevitesse, links rechts ~
    kattewas
    kattewiet
    kattin
    katueg
    Katuit
    kaukembauke
    kavalkade
    kave
    kave pla
    kaveet
    kavel
    kavepla
    kavezwart
    kaviaarsocialist
    kavie
    kawee
    kazaarme
    kazak
    kazak zijn ~ draaien
    kazak, op iemands ~ zitten
    kazak, zijn ~ keren
    kazakdraaien
    kazakdraaier
    kazakken
    kazakkendraaien
    kazakkendraaier
    kazakkendraaierij
    kazakkenkeerder
    kazebeze
    kazeem
    kazekei
    kazemat
    kazuvel
    kazzekij
    kazzekijn
    kazzeleire

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.