Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Diederik heeft m.i. gelijk dat fraidogs zonder ‘s vooraf staat in het Antwerps. Dat is ook mijn aanvoelen. Om het hier niet allemaal uit de voeten te doen, zet ik een springhandje neer. Het is hier tenslotte geen Antwerpse webstek. Maar goed ’Gans Vlaanderen’ is niet correct.
Flemmen en ‘de flem hebben’ betekent in Antwerpen (= Midden-Brabant) in tegenstelling tot het Nederlandse Noord-Brabant en het Brusselse Zuid-Brabant luieren, in bed blijven liggen ipv op te staan, geen initiatief nemen.
Vleien en slijmen is ‘fliëme’, de Antw. uitspr. van flemen.
gemain, gemaën komt dus overeen met wreed, vriëd.
Dit is nieuw voor mij.
Mijn perceptie is dat gemeen /gemiën/ smerig, laag betekent, naast de betekenis van algemeen, gemeenschap, het gemene volk, gewoon – niet elitair, voor iedereen, doorsnee, de grootste gemene deler. De uitspraak met de a-klank hoor ik nog in de mond van mijn grootmoeder, die ook nog ‘gais’ uitsprak voor gas (gijsvier = gasvuur)met ontronding. Ik zou het dan eerder als gemein spellen, zoals in het Duits.
In de zinnen ‘Blèft ni in den trèk ston’, ‘As ’t boite wààrem is, is er te wainëg trèk in de schaa’, kan trèk en trok verwisseld worden. ‘Het trèkt heer, doot de duir too’ komt uiteraard van het ww. trekken. Alletwee de afgeleide zn. trèk en trok ken en gebruik ik.
Ik ben ook eerder gewonnen voor de oorspronkelijke korte oe overgenomen uit het Fr. die later door de Antwerpenaar met een lange oe/oo bedacht werd omwille van de daarnavolgende mdkl -r, – een grote ‘toort’ – wat dan weer ongedaan gemaakt werd in het verkleinwoord.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.