Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
verbastering
Verbastering heeft te maken met volksetymologie. Tenminste zo versta ik deze term. De spreker past een overname uit een vreemde taal (meestal uit dezelfde taalfamilie) aan aan zijn klankidioom en woordstructuur vb. de lantoeër uit het Franse alentours, devoere uit devoir(s), bitskoemer uit het Engelse beachcomer, goanewei van gone away, enz.
Wat is de overstap van kwaken naar kweiken, van blaten naar bleiten, van kaas naar keis, maar niet van schapen naar scheipen, wel schepershond, ne scheper. Dit is gewoon klankverschuiving van àà naar èè, wat gij verumlautung zult noemen met een geleerd woord a wordt ä.
De vraag is dan, wat was eerst: de kip of het ei. Wie heeft de omzetting doorgevoerd? Zweden, Duitsland, Nederland. Van welke klank? Is er geen sprake van ont-umlautung?
Kweddel(en) voor ruzie heb ik in Antw. ook wel eens gehoord.
dras is de term die ook in Antw. gebruikt wordt voor de inhoud van de koffiebeurs, de voorganger van de papieren filter.
Is dit niet het werk van een volksetymoloog, die gedacht heeft dat kotelet, over kortelet, toch maar als krotelet door het leven moest gaan? van karbonnade over karmenaaie naar krammenade. Waarom niet? De vervorming van wesp naar weps, van vd “geraden” over groaje komend van inf “raden”. Alles hangt er vanaf of de meerderheid mee in de boot stapt, om die vervormingen ingang te doen vinden in “het” dialect. Verlan en Bargoens zijn ook maar woordspelingen, of woordspellen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.